Today my hubby @jurgen_lindenhols preached about the way these verses in John 1 tell us about the meaning and importance how God, in Jesus came down to be with us.
Christmas is different this year. We all spent time in our own ‘bubble’… but the one thing we can rest assured about; the child came down to be with us. In our own bubble. Darkness outside. Light within.
Dear everybody… I wish you a very merry Christmas with blessing of Jesus the Child in your bubble.
May your days … and the days to come be bright. Brighter than ever before.
😘
Vandaag sprak @jurgen_lindenhols over de manier waarop deze woorden uit Johannes 1 ons iets leren over de betekenis en het belang van hoe God, in Jezus, neerdaalde om bij ons te zijn. Kerstmis is dit jaar anders. We brengen allemaal tijd door in onze eigen ‘bubbel’ … maar het enige waar we zeker van kunnen zijn; het kind kwam naar deze aarde om bij ons te zijn. Bij ons in onze eigen bubbel. Duisternis buiten. Licht van binnen.
Beste allemaal … Ik wens jullie een hele fijne kerst met de zegen van Jezus het Kind in jullie bubbel. Mogen je dagen … en de dagen die komen, helder zijn. Helderder dan ooit tevoren.
Vermoeid slofte hij door het palmbos. De zon stond hoog aan de hemel en brandde vervaarlijk, maar hier in de schaduw van de dikke laag vlezige bladeren was het relatief koel. Op een broeierige manier dan, maar in ieder geval niet zo heet als op het open pad richting de stad. Het opwaaiende stof van de weg kleefde aan zijn nieuwe rode sandalen en kroop in elk huidplooitje van zijn tenen. Dat zijn voeten nog geen twee uur geleden zorgvuldig waren gewassen en geolied door de huisslaaf van Marcellus was niet meer te zien.
Hij zuchtte. Het was een vermoeiende vergadering geweest. Zoals gewoonlijk waren dezelfde grapjes over zijn gestalte weer over tafel gevlogen en had hij net als altijd schaapachtig mee gelachen, alsof het hem niet deerde. Maar dat deed het wel. Maar geen haar op zijn hoofd wat er aan dacht om ook maar iets van zijn pijn of frustratie te laten merken. Ze konden lachen wat ze wilden, maar hij was het die hen orders gaf, niet andersom.
De zachte bries die het bladerdek boven hem deed ruisten tilde de zware geur van de balsem bossen verderop met zich mee. Normaal gesproken kon hij wel genieten van dat luxe parfum wat de rijkdom van zijn stad benadrukte. Maar vandaag deed al die rijkdom hem niets. Zelfs de rozentuinen waar hij, op weg naar huis, doorheen liep, konden zijn ogen niet strelen.
Hij was moe.. Hij was hét moe. Hij was het spuugzat dat niemand ook maar enig respect voor hem kon opbrengen. Het interesseerde niemand hoe hij zich voelde, wat al dat gepest en al die achterklap met hem deed.
Het was altijd al zo geweest. In zijn kinderjaren was al snel duidelijk geworden dat hij niet goed groeide. Naar traditie had het hele dorp gedacht dat zijn gebrek kwam omdat God een appeltje met hem te schillen had en langzaam aan, naarmate de jaren vorderde werd hij steeds meer gemeden, werd er steeds meer achter zijn rug om gekletst. Het had niet lang geduurd voor hij door had gehad dat hij er in het leven helemaal alleen voor stond. En dus had hij geleerd dat hij vóór alles vooral aan zichzelf moest denken. Als hij niet voor zichzelf opkwam, wie dan wel? Dus had hij zich opgewerkt, niet door zich af te beulen in de balsemgaard, niet door zware handarbeid in 1 van de vele tuinen,.. hij had zijn kansen schoon gezien toen de Romeinen hem ronselden. En hij had de mensen in zijn stad teruggepakt voor al die pesterijen. Ze hadden in zijn lengte een zonde gezien, een zondaar zou hij ze geven. En nu was hij rijk en had het helemaal gemaakt. Nouja, financieel gezien dan. Want niemand wilde vriendjes zijn met een tollenaar. En al helemaal niet met de baas van al die lijkenpikkers. De roddel en achterklap was nooit opgehouden en dus ging ook hij door met zijn sluwe handel en afpersing. Het ene kwaad hield het andere in stand.
Hij was in ieder geval rijk, maar had niemand om zijn rijkdom mee te delen. Te midden van de menigte van deze oeroude stad was hij alleen. Eenzaam tot op het bot, en dat allemaal omdat hij zo gebrekkig klein was gebleven…
“Kom op, sneller, straks is Jezus alweer weg! ” Twee straatschoffies stoven hem voorbij richting de poort van de stad, vrolijk gillend naar elkaar. Jezus? Kwam Jezus naar Jericho? Zacheüs versnelde zijn pas, hij had al zoveel gehoord over deze wonderlijke man. Het werd steeds drukker op de weg. Snel sloeg hij een achterafpaadje in, in de hoop om via wat steegjes de menigte te kunnen vermijden. Zijn korte benen droegen hem zo snel hij kon. Als hij nou maar een glimp van Jezus zou kunnen opvangen. En net op het moment dat hij bedacht dat zijn ellendige korte gestalte hem zelfs het zicht op deze rabbi zou ontnemen zag hij de grote Esdoorn aan de kant van de weg.
Even twijfelde hij, het was ver beneden alle waardigheid voor een man van zijn positie … hij besloot dat het hem niet kon schelen… Met zijn gebrek en met al die mensen die hem toch al niets gunden zou hij Jezus nooit te zien krijgen wanneer hij niet als een kind die boom inkroop. Mensen dachten toch al te min over hem dus dit kon er nog wel bij. Hij had de boom nodig om op Jezus te kunnen zien. En dus hees hij zich tak voor tak omhoog en verstopte zich in het bladerdak.
En Jezus zag hem. Niet gewoon een vluchtig kijken. Jezus zag hem echt. En Hij noemde hem bij naam alsof Hij hem echt kende. Jezus kende hem. En meer nog; Jezus las hem niet te les, gaf hem niet op zijn sodemieter, veroordeelde hem niet zoals de rest van de stad … Jezus wilde bij hem komen eten. Niet zomaar even een praatje maken, maar echt even samen zijn. Zacheüs wist niet hoe hij het had. Zo snel zijn benen konden klom hij uit die boom. …
Met de komst van rabbi Jezus werd de vicieuze cirkel van uitsluiting en uitbuiting doorbroken. Het enige wat Zacheüs altijd al wilde werd hem gegeven; hij werd gezien. Niet zijn buitenkant. Jezus zag wie hij diep van binnen was en wat hij werkelijk nodig had; een klein vrijgevig jongetje wat erbij wilde horen. Hij was niet langer alleen. Jezus was bij hem. Hij kon eindelijk zijn wie hij werkelijk was. Het verleden deed er niet meer toe. Geld, welvaart en status werden onbelangrijk. En dat allemaal doordat hij het lef had gehad om, ver beneden alle waardigheid, toch in die boom te klimmen, zoekend naar een kans om op Jezus te kijken.
Wie of wat is jouw boom die je helpt om op Jezus te kijken?
(Lukas 19:1-10)
(Meer bijbeljournaling of andere creativiteit van mijn hand: volg me op instagram, facebook of youtube. )
Tired as he was, he shuffled through the forest. The sun, high in the sky was burning dangerously, but here in the shade of the thick layer of palm leaves it was relatively cool. In a sweltering way, but at least not as hot as on the open path towards the city. Blown up dust from the road clung to his new red sandals and got into every fold of skin on his toes. Less than two hours ago his feet had been carefully washed and oiled by the house slave of Marcellus, well it didn’t show anymore.
He sighed. It had been a tiring meeting. As usual, the same jokes about his stature had flown across the table and he had, as always, laughed sheepishly, as if it didn’t hurt him. But it did. But not for a brief moment he thought about showing any of his pain or frustration. They could laugh at whatever they wanted, but it was he who bossed them around, not the other way around.
The gentle breeze that rustled the foliage above him lifted the heavy scent of the balsam groves. Normally he could enjoy the luxurious perfume that emphasized the wealth of his city. But today all that wealth didn’t bother him. Even the exquisite rose garden on his way home couldn’t caress his eyes.
He was tired. It tired him to the bone that no one could show him any respect. Nobody cared how he felt, what all the bullies and all that backbiting did to him. It had always been like this. As soon as the villagers noticed that he didn’t grow as he should’ve as a child they had mocked him. Traditionally, the whole village had thought that his lack of posture was because God was punishing him because of a sin, and slowly, as the years went by, they avoided him more and more, talking behind his back. It hadn’t taken him long to realize that he was all alone. And so he had learned to take care for himself. If he didn’t stand up for himself, then who would? So he had worked his way up, not by tormenting himself in the groves, not by hard manual labor in the many gardens … he had seen his chances when the Romans recruited him. And he started to punish the people in his town for all the years of harassment. They had seen a sin in his height, a sinner he would give them. And now he was rich and wealthy. Well, financially. Because nobody wanted to be friends with tax collectors. And certainly not with the boss of those corpse picks. The gossip and backbiting never stopped, so he continued his cunning trade and extortion. One evil perpetuated the other.
He was rich, but had no one to share his wealth with. He was alone in the crowd of this ancient city. Lonely to the bone, all because he was so imperfectly small …
“Come on, faster, or Jesus will be gone again! Two street bastards rushed past him towards the gate of the city, happily screaming at each other. Jesus? Did Jesus come to Jericho? Zacchaeus quickened his pace, he had already heard so much about this wonderful man. The roads got busier. He quickly turned into a back alley, hoping to avoid the crowd through some alleys. His short legs carried him as fast as he could. If only he could catch a glimpse of Jesus. And just as he thought that his wretched short stature would block even the view of this rabbi, he saw the huge sycamore tree on the side of the road.
For a moment he hesitated, it was far below the dignity for a man of his position … but in the moment he decided he didn’t care any longer … The town couldn’t care any less and he would never see Jesus when he wouldn’t crawl in that tree like a child. People thought too little about him anyway so this could be added to their list. He needed that tree to be able to look upon Jesus. And so he pulled himself up branch by branch and hid in the canopy of leaves.
And Jesus saw him. Not just a cursory look. Jesus really saw him. And He called him by name as if He really knew him. Because He really knew him. And even more; Jesus did not lecture him, did not give him a fuss, did not condemn him like the rest of the city… Jesus wanted to eat with him. Not just having a chat, but really being together. As fast as he could, he climbed out off that tree. …
With the arrival of Rabbi Jesus, the visual circle of exclusion and exploitation was broken. The only thing Zacchaeus always wanted was to be seen. Not just his outside. Jesus saw who he was deep down and deep within and noticed what he really needed; Jesus saw the little generous boy who wanted to belong. From that moment he no longer was alone. Jesus was with him. Finally he could be who he really was.
And it all started because he had the guts to climb that tree in the hope to be able to see upon Jesus.
Who or what is your tree that helps you to see upon Jesus. Do you have the guts to climb it?
In samenwerking met @handletteringdoenwezo mocht ik deze tutorial maken + er een giveaway aan koppelen. Meer weten over de giveaway: ga naar mijn instaTV of naar de facebookpagina van @handletteringdoenwezo.
Giveaway alleen voor B en NL.
Kan je niet wachten op de giveaway (en jezelf verwennen heeft geen excuus nodig toch?) Hier koop je de 𝘚𝘢𝘬𝘶𝘳𝘢 𝘒𝘰𝘪 𝘸𝘢𝘵𝘦𝘳𝘤𝘰𝘭𝘰𝘳 (nu mét gratis aquarelpapier!) 𝘔𝘪𝘤𝘳𝘰𝘯𝘱𝘦𝘯 𝟶𝟹 𝘎𝘶𝘮𝘱𝘰𝘵𝘭𝘰𝘰𝘥
Veel plezier en als er vragen zijn: schroom niet – stel ze gerust!
Toen Charlie Hebdo koelbloedig werd vermoord en Parijs werd opgeschud met de gewelddadige vorm van terrorisme postten mensen massaal op social media hun profielfoto met ‘Je suis Charlie’ of ‘Stand by Paris’. Als blijk van medeleven.
Toen België werd opgeschud door een terroristische aanslag reageerde ook ik met een profielfoto die de kleuren van België weergaf.
Een tijdje geleden was er de ‘kom op tegen kanker’- campagne.
Niemand haalde het in zijn hoofd om in bovengenoemde gevallen te zeggen “Stand by all” of “Kom je ook op tegen longemfyseem of Alzheimer? Want dat zijn ook nare aandoeningen!”
Je steun betuigen en opkomen voor het ene, betekent niet dat je tégen het andere bent. Het heeft mij even geduurd voor ik me dat realiseerde in de Black Lives Matter campagne. Mijn eerste reactie was ‘All lives matter’. En natuurlijk tellen ook álle levens. Maar in gesprek met een aantal Afro Amerikaanse dames werd het me duidelijk dat het niet gaat om een tegenstelling. Zij voelen zich gediscrimineerd, achtergesteld, benadeeld. En met deze leuze vragen ze aandacht voor hun zaak. Net zoals het kankerfonds aandacht vraagt voor kanker en niet voor Alzheimer.
Vervolgens dacht ik – excuus voor mijn onwetendheid- dat het hier in NL heel anders is dan in Amerika. En ja het is anders. We zijn als gezin 1x in aanraking gekomen met hele boze Amerikanen die de politie hadden gebeld. En ik kan je vertellen; dat was niet leuk. Zeg maar gerust eng. Het is absoluut anders. Maar racisme komt ook in Nederland en België voor. De belastingdienst is daar een zeer recent en duidelijk voorbeeld van.
Dan zou je nog kunnen zeggen ‘Ik doe niet mee met de hype door op social media me uit te spreken.’ Is je goed recht. Om eerlijk te zijn, dat was ook mijn eerste reactie. Maar is ook dat niet een beetje jezelf distantiëren? Omdat het jou niet dichtbij genoeg komt? Omdat het niet belangrijk genoeg is? Omdat je stiekem – het idee hebt dat je jezelf moet verdedigen en bij je punt wil blijven dat jij geen racist bent en dat dus niet hoeft? Is dat niet precies wat ‘white priveledge’ is? Nu kan het zijn dat je altijd politiek correct bent en je nooit uitspreekt … dat is op zich prima. Maar voor mij ging dat excuus niet op.
Voor ik me uitsprak ben ik dus eerst in gesprek gegaan met een paar dames die racisme aan den lijve ondervonden. En ik sprak me uit op social media. En toen las ik op facebook de hartkreet van een mede-lander. Of de kerk zich ook hiertegen kon uitspreken. Mijn eerste reactie: wederom ‘Waar is dat voor nodig! Je verwacht toch ook niet van alle moslims dat ze zich tegen IS uitspreken? Alsof moslims per definitie voor IS zijn?? En hubby heeft een paar weken geleden nog gepreekt over hoe we ons horen te gedragen in de kerk. Voor racisme is er in de kerk geen plaats. Maar is dat zo?
Is er voor racisme en discriminatie en sociaal onrecht geen ruimte in de kerk? Of is dat er wel en zou het er niet moeten zijn?
Het is al een aantal jaar geleden. Dus ik kan het nu wel vertellen. Maar ook ik heb pijnlijk ondervonden dat discriminatie wel degelijk de kerk in sluipt. Al sinds jaar en dag heb ik moeite met het zingen van het volkslied in de kerk. Velen vinden het een mooie traditie, maar ik vind het niet rijmen dat je de ene keer zingt ‘Want de geest doorbreekt de grenzen die door mensen zijn gemaakt …’ en de andere keer heel nationalistisch die grenzen in ere houdt door het volkslied. En hoewel ik me echt Nederlander voel – me heb laten nationaliseren- ik ga in de kerk niet staan wanneer dit lied gezonden wordt. Toen ik dit voorzichtig aankaartte kreeg ik echter een furieuze reactie ‘Je past je maar aan aan Nederland. Je moet maar wennen aan ONZE gebruiken.’ Ineens was ik weer ‘de buitenlander’. Nodeloos om te zeggen dat ik al 14 jaar in NL woonde, mijn best deed om zo accentloos mogelijk te praten, al jaren werkte in het VO, me met hart en ziel inzette in de kerk en keurig mijn belasting betaalde… Ik moest me als buitenlander maar aanpassen. Wat heb ik gehuild, wat voelde ik me buitengesloten. En zo zijn er meer voorbeelden. Dit is dan geen racisme. Wel discriminatie. Pijnlijk, hard en in de kerk.
Terug naar racisme. Denken dat racisme geen voet heeft in de kerk of in de NL samenleving is een illusie. Dat je het niet ziet komt misschien omdat je het als ‘wit persoon’ zelf nooit ervaart. Wat we op z’n minst kunnen doen is de ander serieus nemen wanneer hij of zijn aangeeft hier last van te hebben. Wat we op z’n minst kunnen doen is luisteren (als in actief luisteren en het gesprek aangaan.) En we kunnen het gedrag van een ander niet veranderen. Maar jouw stem laten horen is geen druppel op de gloeiende plaat. Jouw stem laten horen is niet meelopen met een hype. Jouw stem laten horen is bijdragen aan bewustwording. Jouw stem laten horen is de ander laten weten ‘Ik hoor je, ik zie het lijden, ik sta achter je.’
Black lives matter.
(Onderaan vind je een pdf van deze tekening, vrij te gebruiken voor in je eigen bulletjournal of biblejournaling. Tekening geïspireerd door een foto van @gigi_esohe) Meer van mijn maaksels vind je op instagram.
When Charlie Hebdo was murdered and Paris was shaken up by the violence of terrorism, people massively posted their profile picture with “Je suis Charlie” or “Stand by Paris” on social media. As a token of compassion.
When the Belgium airport was shaken by a terrorist attack, I also reacted with a profile photo that reflected the colors of Belgium.
A while ago there was the “fight against cancer” campaign. Nobody dared to say “Stand by all” or “Do you also stand up against lung emphysema or Alzheimer’s? Because those are also unpleasant conditions!”
Expressing your support and speaking up for one does not mean you’re against the other. It took me a while to realize this is also the case in the Black Lives Matter campaign. My first reaction was “All lives matter”. And of course all lives count equally. But in conversation with a number of African American ladies it became clear to me that it’s not a contradiction. Saying Black lives matter doesn’t exclude Whites. They feel discriminated against, disadvantaged. And with this slogan they draw attention to their case. Just as the cancer fund draws attention to cancer and not Alzheimer’s. Making it ‘All lives matter’ draws the attention back.
Then I thought – pardon my ignorance – that it ‘s different here in the Netherlands than in America. And yes it is different. As a white family we once came in contact with very angry Americans who had called the police on us. And I can tell you; That wasn’t fun. You can say scary. And we’re not even black. So it’s absolutely different. But racism also occurs in the Netherlands and Belgium. The tax authorities here are a very recent and clear example of this.
Then you could say “I’m not participating in the hype by speaking up on social media.” It’s your right. To be honest, that was my first reaction also. But isn’t that distancing yourself from it a little? Because it doesn’t get personal enough to you? Because it’s not important enough? Because you secretly – feel that you have to defend yourself and want to stick to the point that you are not a racist and you don’t have to? Isn’t that exactly what “white priveledge” is? Now it is possible that you are always politically correct and you never speak out against anything … that’s fine. But that excuse didn’t work for me.
Before I decided to speak up, I started talking to a few ladies who experienced racism firsthand. And then I read the heart cry of a fellow Dutch on Facebook. He asked if the church could speak out against racism. My first reaction – once again – “What is that necessary for? You don’t expect all Muslims to speak out against ISIS, do you? As if Muslims are by definition for IS ?? And hubby preached a few weeks ago about how we should behave in church. There is no place in the church for racism. Why does the church need to speak up? Butis there really no room for racism and discrimination or social injustice in church? Or is it and should it not be?
It’s been several years. So I can tell you now. But I have also experienced painfully that discrimination does creep into the church. For years I had trouble singing the national anthem in church. Many find it a beautiful tradition, but I do not think it rhymes with the Dutch hymne that says “Because the Spirit breaks through the borders that have been made by people …” And although I really feel Dutch – I have been nationalized – I do not stand in church when this song is sung. When I cautiously tried to addressed this, I got a furious response “You will adapt to the Netherlands. You have to get used to OUR customs. ” Needless to say that I had been living in NL for over 14 years, did my best to speak as accent less as possible, worked in high school and paid taxes … I had to adapt as a foreigner. I was a foreigner. I cried my eyes out and felt excluded for al long time …
Back to racism. To think that racism has no place in the church or in the NL society is an illusion. Maybe you don’t see it because you -as a white person- never experienced it. But the least we can do is to take the other person serious when he or she indicates that he is bothered by this. The least what we can do is listen (as in active listening and engaging in conversation.) And maybe we cannot change someone else’s behavior. But making your voice heard is not a drop in the ocean of needs! Making your voice heard is not part of a hype. Making your voice heard is contributing to awareness. Making your voice heard is letting the other person know “I hear you, I see the suffering, I am behind you.”
Black lives matter.
The drawing I created, can be downloaded below for free- just for personal use in bulletjournal or biblejournaling. The drawing is inspired bij a photo of @gigi_esohe. More of my creations can be found on instagram.
Misschien heb je het al gemerkt; ik probeer allerlei info over biblejournaling te verzamelen en hier op mijn website te plaatsen. Zo volledig mogelijk en zo overzichtelijk mogelijk. Een aantal Nederlandse websites geven wel wát aan info, maar toch miste ik een pagina waar alles gemakkelijk en overzichtelijk en vooral gratis en zonder winstoogmerk te vinden valt.
Zo zet ik wat feitjes op een rij van wat biblejournaling wel of juist niet is.
Probeer ik een overzicht te geven van de meest gebruikte materialen en in welke mate ze geschikt zijn om mee te biblejournalen.
Heb ik in de Bijbeljournalinggroep op facebook rondgevraagd naar de meest typische beginnersfouten en deze verzameld.
Heb ik een pagina met linkjes naar youtube-kanalen over BJ, instagram en betrouwbare webshops toegevoegd (Ik heb nergens aandelen of affiliatie links mee).
enz enz.
Owja – ik heb ook een portfolio toegevoegd. Gewoon voor de leuk. 🙂
Ik zou het fijn vinden wanneer je even rondkijkt via het menu en me laat weten wat je nog mist of wat volgens jou anders moet. Schrijfvoutjes of grammaticale wantoestanden mag je ook doorgeven 😛
(Delen – zie qr code onderin- wordt gewaardeerd. Op mijn instagram post ik vaker foto’s van mijn maaksels.)
Een kijkje in 1 van mijn bijbels. In januari 2019 begon ik in deze bijbel te journalen. (Ik journal echter in 4 verschillende bijbels en een notitieboek – elk met net weer andere stijl)
A look in one of my bibles. In this one I started journaling in Januari 2019. But I journal in 4 different bibles and a notebook. Each has its own style.
We have a God that doesn’t do ‘a pie in the sky’ kinda promises! We have a God that is near, honest, strong and helpful even in ways we can’t imagine.
Our victory isn’t about beating war cancer or Corona… our victory isn’t assured because of how great we lead or handle or heal… our victory is assured because God is with us. He, the Almighty one, goes above and beyond to be with us. We are never alone. We never have to face our struggles alone.
So in Joshua 1:1-9 God’s people faced the problem of having no leader, no land, no safe haven… the land was given and God certainly could have simply eliminated all their enemies with a mere thought; but He calls them into partnership with Himself to see His will done.
And so God called Joshua to lead them. He was called to boldness in God. Even a great leader like Joshua needed encouragement. Not because of a low self esteem or a lack of self-confidence but because of a growing God-confidence.
To grow in God-confidence we must focus on God. Follow His lead (and law).
Do NOT be frightened…For the LORD your God is with you wherever you go: The final encouragement, repeated from Joshua 1:5, reminds us that Joshua’s success did not depend solely on his ability to keep God’s Word. It depended even more on God’s presence with him.
These days of self-isolation and worrying news messages… focus on God and your God-confidence.
Don’t feed the fears but drink in His love and feed yourself with the hope He has given and still is giving in His presence.
(The drawing is inspired by different photo’s online. The little ‘Hope’ bottle is an idea I got from this Dutch website eyespired.nl).
Feel free to use this drawing as a printable- but when posted on social media: please tag me (and eyespired). + only for personal use; no spreading or making money out of it.
We hebben een grote God die niet aankomt met loze beloften. Onze God is dichtbij, altijd aanwezig, sterk en hulpvaardig.
Onze kracht of overwinning bewijst zich niet in het winnen van een oorlog, in het verslaan van kanker of Corona… onze overwinning is niet gebaseerd op hoe we herstellen, leiden of hoe goed we de dingen zelf aanpakken… onze overwinning ligt in het feit dat God nabij is. Hij, de Almachtige, gaat verder dan ver om bij ons te kunnen zijn en blijven. We zijn nooit alleen. Geen enkele worsteling hoeven we ooit alleen in de ogen te kijken.
In Jozua 1:1-10 zien we God’s volk – zonder leider, zonder land, kijkend op de belofte die ze hadden gekregen maar nog niet hadden toegeëigend. God had het land al beloofd en Hij had heel gemakkelijk met een knip van zijn vingers alle vijanden van de kaart kunnen vegen. Maar dat deed Hij niet. Hij wilde dat een partnerschap met het volk. Samen.
En dus riep God Jozua. Zijn leven lang was hij assistent geweest, nooit zelf de leider. En God roept hem op moedig te zijn. Niet omdat Jozua een gebrekkige eigenwaarde had. Mozes had hem waarschijnlijk niet voor niets als assistent. Maar God wilde dat hij moed putte uit Hem. Uit Zijn kracht. Jozua moest niet zozeer zelfzeker en zelfbewust zijn maar zeker van God en bewust van Hem en Zijn aanwezigheid.
Om te groeien in een Gods-bewustzijn en in het zeker zijn van Hem en Zijn hulpvaardige aanwezigheid is het noodzakelijk dat Jozua (en wij) zich focust op God en wat Hij wil (zijn wet).
Wees niet bang – staat er – want God is altijd nabij.
Jozua’s succes was echter niet alleen of vooral afhankelijk van zijn focus, zijn vermogen om zich aan de regels te houden. Het was vooral afhankelijk van God’s aanwezigheid.
In deze tijden van zelf-isolatie, social distancing en zorgwekkende nieuwsberichten mogen – moeten- we ons des te meer focussen op Hem. Zodat we niet onze angsten voeden maar ons vertrouwen in Hem.
Voed je met Zijn liefde en drink de hoop die Hij je geeft. Want Hij is nabij. Hij is sterk en moedig in onze plaats- waar we dat zelf niet zijn.
(Tekening geïnspireerd door diverse foto’s. Het kleine hoop-flesje is getekend naar een foto die ik zag op eyespired.nl)
Je mag mn tekening prima als printable of kleurplaat gebruiken maar enkel voor persoonlijk gebruik- niet ter vermenigvuldiging of met winstoogmerk. En wanneer je deelt op social media vergeet me (en eyespired) niet te taggen).
Meer #biblecreative verwerkingen vind je op mijn instagram.
Het paard wordt gereed gemaakt voor de strijd. De overwinning hangt af van de Heer.
Spreuken 21:31
In de tijd van deze schrijver vormden paarden een belangrijk element tijdens oorlog. Het gebruik van goed getrainde paarden kon de overwinning bepalen.
Maar een paard kon niet ongetraind aan een slag meedoen. Het moest intensief getraind en opgeleid worden.
Vergelijk het ook maar eens met de paarden die door de politie worden ingezet, of voor prinsjesdag. Voordat ze mee kunnen lopen in de drukte van de stad moeten ze leren omgaan met die drukte, met het lawaai, met onverwachte schrikmomenten. Een ongetraind paard in die situatie zou zelfs een extra gevaar opleveren.
Zo wil de schrijver van deze spreuk ook duidelijk maken dat je niet onvoorbereid de strijd in kunt gaan. Je moet leren omgaan met de middelen en mogelijkheden die je ter beschikking staan. Oefenen, trainen, hard werken.
Maar zelfs al heb je dat allemaal gedaan en win je de strijd: dan nog komt de eer aan God toe.
Jij moet je voorbereiden maar Hij is het die de overwinning geeft.
(Paard is 1 van m’n aquarels die momenteel als sticker te verkrijgen zijn bij @lucinde. )
Proverbs 21:31
The horse is prepared for the day of battle,
But deliverance is of the Lord.
The horse is prepared for the day of battle: In the days these proverbs were written, the effective use of the horse in the war could be overwhelming against the enemy. These horses had to be trained; it was wise to prepare the horse for the day of battle.
But deliverance is of the Lord: Though it is wise to make the best preparations for battle, ultimately one should not trust in horses or preparation, but in God Himself. Deliverance is of the Lord, not only of horses and preparation.
“We often give the credit of a victory to man, when they who consider the circumstances see that it came from God.”
Er was zoveel wat hij wilde vertellen, zoveel inzichten en openbaringen die hij wilde delen. Wilde hij alles met de juiste grandeur en finesse opschrijven, zou elk woord en elke zin vol symbolische dubbelzinnigheden moeten staan. Waar begon hij?
Jesaja wreef over zijn voorhoofd, met duim en wijsvinger gelijktijdig de contouren van zijn wenkbrauwen volgend. In gedachten verzonken sloot hij zijn ogen.
Het was alweer 700 jaar geleden dat het beloofde land daadwerkelijk het land van Israël was geworden. Gedurende 400 jaar had God geestelijke, militaire en politieke rechters gestuurd om het land te besturen. Maar, ontevreden als altijd, wou het volk meer. Net als de naburige landen had het een koning gewild. En die hadden ze gekregen; eerst Saul en toen David. Na de dood van Davids zoon koning Salomo, was het volk in een burgeroorlog verstrikt geraakt en in 2 delen uiteengevallen.
Inmiddels had het noordelijke rijk, Israël, alweer 18 koningen gekend. Geen van hen hadden ook maar iets goed betekend voor het volk. Allen hadden zich opstandig getoond ten opzichte van God. Het zuidelijke rijk, Juda, had iets minder pech gehad; niet alle elf koningen waren even slecht geweest. Er hadden er zelfs een paar tussen gezeten die werkelijk een goede poging hadden gedaan om God te gehoorzamen en het volk weer naar Hem te leiden. Maar het volk was nog steeds hoogmoedig en verwaand. En verschrikkelijk als het ging om uitbuiting van de armen.
Even dacht hij terug aan zijn vader Amoz; de godvruchtige man die hem de naam Jesaja had gegeven. Met hetzelfde Hebreeuwse stamwoord als de naam Jozua betekende zijn naam ‘De Heer redt’. Amoz had deze naam gekozen uit overtuiging dat God zou ingrijpen en zijn volk, ondanks hun ongehoorzaamheid, zou redden van alle politieke en geestelijke dreiging. Maar Jesaja zelf was ook overtuigd van de onontkoombaarheid van een goddelijk oordeel. Het aanhoudende onrecht zou eerst vernederd moeten worden.
Het was een sombere tijd. Het was het jaar waarin Koning Uzzia was overleden. Uzzia was bijna 70 jaar geworden. Zijn koningschap begon al toen hij zestien was! Als koning en man had hij gezocht naar Gods wil. Hij had militaire overwinningen behaald, had zich een uitstekende generaal, strateeg zowel als bouwmeester getoond. Maar alle zegeningen ten spijt was Uzzia afgedwaald en God had hem gestraft met een huidziekte. Na zoveel trouwe inzet was ook deze koning ten val gekomen. Waar ging het naartoe met de wereld? Het was hoog tijd dat er weer een profeet opstond die het volk Gods weg zou wijzen.
En toen ontving Jesaja een visioen;
In luid gedonder, met dikke kronkelende rook en terwijl de aarde op haar grondvesten leek te schudden verscheen God zelf aan Jesaja. Jesaja zag Hem zitten op een hoogverheven troon, gekleed in een mantel van eer en waardigheid. Het mocht duidelijk zijn: ook al was het een komen en gaan van aardse koningen; de werkelijke koning was nog steeds God zelf. De Almachtige liet zich niet begrenzen tot het einde van het tempelterrein en zelfs wereldlijke machten konden Hem niet beteugelen. De hele schepping was Zijn eigendom. God was werkelijk, puur en heilig. Dit aanschouwen van Zijn Majesteit leidde bij Jesaja tot een diep pijnlijk zondebesef. Bijna ging hij aan het kwellende gevoel ten onder toen een engel zijn lippen aanraakte met een gloeiend hete kool. Direct en zonder enige twijfel wist hij dat dit kooltje symbool stond voor de verzoenende kracht van offers. God zelf gaf dit offer aan hem om hem geschikt te maken. Diepe ontroering en dankbaarheid lichtte in hem op toen God vervolgens zei ‘Je schuld is geweken, je zonden zijn teniet gedaan.’ Wie was hij dat God zich met hem verzoende in plaats van andersom? Het visioen ging verder zonder dat God hem iets opdroeg of een bijzondere taak gaf. En hij besefte dat de Eeuwige zocht naar iemand die bereid was, iemand die het antwoord wilde zijn op Zijn prangende vraag. Iemand die net zo graag het volk en de wereld met Zijn liefde wilde bereiken…
Dus toen in de donder Gods stem weerklonk ‘Wie zal Ik sturen?’ twijfelde hij geen moment; ‘Hier ben ik Heer, zend mij!’
God dringt Zijn wil niet op maar verlangt vrijwilligers die Zijn liefde willen verkondigen. Hij zoekt geen mensen die vol van zichzelf voor Hem uitlopen. Hij zoekt mensen die het antwoord willen zijn op Zijn vraag. Hij zoekt zondige, onbekwame mensen die Hij geschikt kan maken. Mensen die Hij kan zenden. Wat is jouw antwoord?
“Wie zal ik sturen?”
Hier ben ik Heer, zend mij”
Ik verwerkte dit tekstgedeelte in mijn Illustrated Faith bijbel. Ik maakte de tekening van hoe Jesaja (hoe hij er in mijn hoofd uitzag) op een apart blad en maakte er een printable van. De kleurige achtergrond maakte ik van wateroplosbare krijtjes van Vicki Boutin in combi met een paar leuke stencils. (Ik verdeel de kleuren over het blad en wrijf ze uit met een licht vochtig doekje, met een stencil en een vochtig doekje neem ik dan weer kleur ‘weg’ of met versamagic inkt voeg je extra kleur toe.)
Verder gebruikte ik ook letterstickers en tekst stickers van Tim Holtz; alles voordelig verkrijgbaar via de webshop van @Lucinde (warm aanbevolen :)) Deze maand krijg je bij elke bestelling gratis de printable waarop oa. ‘mijn’ Jesaja en mijn ‘Paulus‘ staan. Je vindt in haar webshop ook nog meer printables en diecuts van mijn tekeningen.
Op instagram vind je meer van mijn creaties. Vragen? Neem gerust contact op!
(Niets van deze website mag zonder mijn toestemming gedeeld of verspreid worden. Bronnen voor dit verhaal, naast de Bijbel zelf, waren oa. de studiebijbel, David Guzik commentary en een studiemap van de ETA)