Ere zij God en Vré-é-de op aarde

wereldvredeElke zondag krijg ik een ‘binnenkamer’ van Sestra in mijn inbox; een korte overdenking – een bijbeltekst, thema of gedachte om als christen even bij stil te staan. De ene keer spreekt het me meer aan dan de andere keer maar ik weet dat het soms een bevalling kan zijn om wéér een stukje te ‘moeten’ schrijven dus waardeer ik de schrijfsters zeer.

Vandaag was het thema ‘Vrede’. De meeste kerstdiensten eindigen steevast met het Ere zij God en haar vree-é-de op aarde. Maar wat is vrede eigenlijk? In het woordenboek lees je dat vrede een toestand van rust is of een toestand zonder oorlog of onenigheid. Ik denk echter dat het woord ten diepste herstel met God betekent.

Wanneer God ziet dat de mens nooit of te nimmer bij machte zal zijn om de relatie met Hem te herstellen stuurt Hij zijn bloedeigen Zoon. De hele reden dat we met Kerst de geboorte van Jezus vieren is omdat God daarmee onze verlossing op het oog had. Hij wilde dat onze relatie met Hem weer werd hersteld.  Dat is de gedachte achter kerst. Dat is waarom we vréde op aarde zingen.

Wanneer Jezus zijn wonden aan de discipelen laat zien terwijl Hij hen vrede belooft wordt een schril contrast zichtbaar. Enerzijds had je de Romeinse wereld vol intriges, oorlog en onzekerheid; een wereld waarin Gods zoon gemarteld en gekruisigd werd en herstel verder weg dan ooit leek. Anderzijds stond Hij daar: de Strijder voor gerechtigheid, de Brenger van heil, de Vredevorst die kwam in de gedaante van een kwetsbaar kind zodat de mensen weer vrij en zonder schroom tot Hem konden naderen. …

 

Vandaag de dag lijkt er niet veel veranderd. We leven nog steeds in dezelfde gebroken wereld met oorlog, haat en nijd. Een wereld zoals God hem voor ogen heeft lijkt nog even ver weg. Het contrast met de boodschap van Kerst lijkt haast groter dan ooit. Misschien dat daarom zoveel mensen de feestdagen liever overslaan; omdat dit contrast juist benadrukt wat ze verloren hebben, wat hun verdriet doet, welke onrust er in hun harten leeft …

Maar Jezus heeft met zijn komst, met zijn lijden en sterven, ons Zijn vrede gegeven. (Joh 14:27) Hij heeft onze relatie met God hersteld. De werkelijke vrede is nu in ons bezit, vrede is ons eigendom. Vrede is een onderdeel van de vrucht van de Geest; een eigenschap waarmee we kunnen werken aan onderlinge eenheid en verbondenheid; een werktuig die strijd tégen oorlog en onenigheid. Vrede is een verantwoordelijkheid; het is aan ons om het uit te delen. Het is aan ons, om de vrede die in ons leeft, te verspreiden zodat het Ere zij God en het vrede op aard ultieme werkelijkheid wordt.

 

Wanneer je aankomende week dit lied zingt, zing het dan niet alleen uit dankbaarheid voor wat je zelf mocht ontvangen, zing het ook – en misschien vooral-  als een belofte; dat je de verantwoordelijkheid tot uitdelen zult dragen.

Pain in the offering

penning vd weduwe‘There’s pain in the offering…’ zei een vrouw vandaag. Hoewel het een (mij) overbekend zinnetje is raakte het een gevoelige snaar.

In de bijbel lees je over verschillende soorten offers; grofweg te verdelen in ‘vrijwillige’ offers die je God geeft uit dankbaarheid, trouw of overgave en ‘verplichte’ offers die je geeft omdat je relatie met Hem verstoord is door zonde. ‘Verplichte’ offers hoeven niet meer – daarvoor is Christus aan het kruis gegaan. De relatie met God is hersteld; we mogen Hem vrij en zonder schroom naderen. ‘Vrijwillige’ offers kunnen nog steeds gegeven worden, het moeten gelukkig geen dieroffers meer zijn, maar denk aan tijd, energie, geld voor goede doelen, … you name it.

Offers in de bijbel mochten geen gebrek tonen. Wanneer iemand een dier of voedingswaren offerde nam hij alleen het beste van het beste. Met alles wat minder was beledigde je God … Daarom werd er diep, heel diep, in de buidel getast. Een offer wat je geen moeite kost is geen offer…

Tegelijk gaat het God niet om dát wat mensen geven. Als hij iets zou willen ‘hebben’ creëert hij het immers zelf.  Het gaat om de instelling, het hart, waarmee gegeven wordt. Het gaat om de liefde, trouw, inzet en toewijding die erachter schuil gaat: de moeite die ervoor gedaan wordt is wat Hem blij maakt, niet de gave op zich. Wanneer je al kletsend met je buuv een paar munten in de collectezak gooit – munten die je in de loop van de week waarschijnlijk niet eens zult missen – kan je dan spreken van een ‘offer’ – een gave aan God? Het heeft iig weinig meer met toewijding te maken.

 

In onze gristelijke happy clappie cultuur zouden we – mijns inziens-  beter wat voorzichtiger zijn in de houding waarmee we geven. Mogelijk spreek ik nu alleen voor mezelf (laten we het hopen). God laat zich nl. niet verkeerd begrijpen als Hij zijn volk (ons) vertelt hoe hij denkt over achteloos gegeven geschenken:  Ik heb een afkeer van jullie feesten, ik wijs ze af, jullie samenkomsten verdraag ik niet. Ik schep geen behagen in de brand- en graanoffers die jullie mij brengen; de vetgemeste beesten van jullie vredeoffers keur ik geen blik waardig. Bespaar mij het geluid van jullie liederen; de klank van jullie harpen wil ik niet horen. Laat liever het recht stromen als water, en de gerechtigheid als een altijd voortvloeiende beek. (Amos 5)

 

Wat God wél wil is dat gerechtigheid zegeviert… één van de dingen die Hij vreselijk vindt, is dat de armen hun recht ontnomen wordt, dat wie zwak is zijn eten nog wordt afgepakt …

We kunnen straks met Kerst flink uitpakken: ons uitdossen in prachtige jurken en pakken om voor en ná de kerkdienst aan overladen tafels aan te schuiven… ons geweten sussen we met een extra briefje in de collectezak of een paar extra boodschapjes voor een kerstpakkettenactie. Het betekent echter niets wanneer we onszelf daarna niet blijvend inzetten voor wie niks heeft; wanneer we het armoedeprobleem na de kerst weer gemakzuchtig en geheel overlaten aan anderen… Het betekent niets wanneer we er niet lang bij stil moeten staan. Het betekent niets wanneer het niet komt uit een bewuste houding van toewijding, liefde en trouw aan God. Het betekent helemaal niets als het ons niets kost.

There’s pain in the offering.

 

Omhoog ↑