Is ‘in de kont boren’ nou normaal?

Mijn vorige blog doet het misschien vermoeden… dat onderwijs alleen maar geweldig mooi is. Dat je als docent onwijs veel kan bijdragen en dat er zoveel mooie krenten in de pap zitten.

Maar het is tijd voor de andere kant van het verhaal. Het is soms ook afzien. Al zitten er vaak heerlijke krenten in de pap, soms is de pap vreselijk zuur en smerig.

Deze week spendeerde ik op mijn vrije dag maar liefst 4 uur om een nieuw lesprogramma in elkaar te draaien. Iets vernieuwend, iets activerend, iets leuk en tegelijk ook leerzaam. Iets anno 2022.

Het werd een Kahoot-achtige LessonUp-les met heel veel actieve vraag-elementen waarbij leerlingen via hun mobieltje mee konden doen. Er waren sleepvragen; dan moeten ze vakjes naar het juiste kernwoord slepen. Er waren invulvragen, vragen waarbij ze konden gokken, ik had er zelfs mogelijke toetsvragen in verwerkt. En dat laatste wisten ze – ze mochten zelfs screenshots nemen als extra hulp voor bij het leren.

Je zou denken dat ze het leuk vinden. En dat ze dan meedoen… er de aandacht bij hebben. Tenminste, dat had ik wel verwacht. De afgelopen 5 jaar kreeg ik met dit soort lessen alleen maar heel positieve feedback van ‘mijn pubers’ . Maar deze keer liep dat anders. Ik worstelde me door de lessen heen. Ik bleef waarschuwingen uitdelen en ik werd steeds meer een politie-agent in plaats van een docent. Mijn humeur daalde tot een dieptepunt.

Gelukkig konden de laatste twee klassen van de dag de werkvorm wel waarderen en deden zij actief, enthousiast en gezellig mee. Dat maakte in ieder geval dat ik de dag niet negatief eindigde. Dacht ik. Maar ik had te vroeg gejuicht.

Uitgeteld na zo een lange lesdag gevolgd door 1,5 uur file plofte ik thuis op de bank… ik dacht even lui te scrollen door mijn socials. Fout.

‘U bent mijn docent – zal ik u in de kont boren?’

Deze reactie op 1 van mijn domme TikTok-filmpjes had ik niet verwacht. In een reflex verwijderde ik hem. Had iemand dit gezien? Wat moeten mensen wel niet van me denken? Hoe lang stond dit er al op? Geef ik zo slecht les? Heb ik zo weinig feeling met mijn leerlingen dat ze dit als reactie posten?

Wat bezielt een puber om dit naar zijn lerares te schrijven? Hoe fout loopt de opvoeding dan? Of hoe fout heeft de maatschappij dit kind behandeld dat hij denkt dit openbaar te kunnen schrijven? Of hoe ziek is dit kind zelf? Of … hoe fout doe ik het voor de klas?

Uiteraard was het een anoniem account. Uiteraard heb ik dat account gerapporteerd. En uiteraard doet TikTok daar niets mee.

Ik heb direct ook mijn TikTok naar privé omgezet. Ik verwijderde ook gelijk de laatste tich posts. En ik twijfel nog steeds om mijn TikTok account helemaal te sluiten. Ondank de lol die ik eraan beleef. Ondanks de leuke contacten die je op dit platform hebt.

En ik ben met heel bewust dat dit precies dezelfde reactie is als iemand die fysiek wordt aangerand; je zoekt de schuld in eerste instantie bij jezelf. Je gaat zoeken naar waar jijzelf steken hebt laten vallen. Terwijl niets of niemand een dergelijke (verbale) aanranding kan vergoelijken.

Het is zelfs strafbaar. En wat doe ik? Ik zoek de schuld bij mezelf. Waanzin.

En in mijn achterhoofd vraagt een gemeen stemmetje zich af ‘Als dit onderwijs is, kan ik dan niet beter stoppen?’

To teach is to see

(For English translation: scroll down)

Het begon ooit met een leerling die zijn huiswerk op een wit shirt maakte… het verhaal hoe dat zo kwam bespaar ik je even. Maar geheel ondoordacht en impulsief bombardeerde ik de knul tot ‘levensbeschouwelijke’ leerling van de maand.

Zijn huiswerkshirt hing ik op in mijn lokaal en een foto van hem plakte ik er op dat de kastdeur.  Glunderen dat hij deed.

Bij het verstrijken van die bewuste maand werd ik er door menig leerling op geattendeerd dat ik wéér iemand moest kiezen. Sommige leerlingen droegen namen aan, anderen vooral zichzelf.  Een traditie werd geboren.

Soms koos ik er 2 tegelijk, een enkele keer een groepje vrienden… mijn keuze was altijd compleet willekeurig, natte-vinger-werk en totaal niet gebaseerd op cijfers of bepaalde prestaties. (Behalve dan die ene keer dat ik me liet omkopen met zelfgebakken kniepertjes, maar dat gaf ik gelijk open en eerlijk toe en ik beloofde met hand op het hart dat het nooit meer zou gebeuren.)

Dat deze titel zo felbegeerd zou worden had ik nooit verwacht. En ook de gedachte dat alleen brugklassers het tof vonden bleek verwerpelijk. Enkele leerlingen uit VWO 5 voerden zelfs heftig campagne, wilden dat ik ook een leerling van het jaar zou uitkiezen.

Ze krijgen er niets voor. Behalve een eervolle vermelding op social media (wat zegt dat nu) en hun foto op de kastdeur.  Maar ze vinden het prachtig.

Los van hun cijfers, los van school, gewoon om wie ze zijn: leerlingen verlangen ernaar echt gezien te worden. De één misschien meer dan de ander maar allemaal hebben ze het nodig.

Alleen al de opmerking ‘Ik zet je alvast op mijn lijstje voor kanshebbers’ doet ze groeien.  En het mooie: mijn ‘zien’ doet hen elkaar ‘zien’.

Levensbeschouwelijke Vorming; ik ‘zie’ ze één keer in de week. 

Volg me voor meer onderwijs anekdotes op LinkedIn, of op Instagram. Let’s get connected!

It once started with a student who made his homework on a white shirt … I’ll spare you the details of but completely recklessly and impulsively, I made the kid ‘student of the month’. I hung his homework shirt in my classroom – for everyone to see-  and stuck a picture of him on the closet door. Beam that he did!

At the end of that month many students reminded me that I had to choose someone again. Some students suggested names, others mainly themselves. A tradition was born.

Sometimes I chose 2 at the same time, sometimes a little group of friends … my choice always was completely random and -not at all- based on numbers or certain achievements. (Except the one time when I got bribed with home-baked cookies, but I immediately admitted that openly and honestly and promised with all my heart that it would never happen again.)

I never expected this title to be so coveted. And the thought that only seventh graders liked it turned out to be reprehensible. Some senior high schoolers even campaigned fiercely, wanted me to choose a student of the year too.

They get nothing when they ‘win’. Except an honorable mention on social media and their photo on the cupboard door. But they love it.

Regardless of their grades, regardless of school, just because of who they are: students really long to be seen. Some may be more than others, but they all need it. The mere comment “I’ll put you on my contenders list” makes them grow. And the great thing: my “seeing” makes them “see” each other. They applaud when someone gets the title …

Some call it ethical education, others call my course life philosophy or religion… but I’ve been teaching it for 18 years now. Teaching = I ‘see’ my students once a week.

(Follow me on LinkedIn – let’s get connected- and on Instagram. I’ld love a comment, share or follow)

Voice decapitated

(scroll down for English translation)

Ik snap het gewoon niet …  zit Beatrice de graaf – terreurdeskundige- als tafelgast bij Op1 … gaan ze het hebben over de terreur van Corona. Werkelijk? Gebeurt dit echt?

Ze (Beatrice) noemt nog dat de échte terreur zich vandaag nog in Parijs afspeelde maar de presentatoren (Hugo Logtenberg en Sophie Hilbrand) gaan er dwars overheen en slepen de aandacht weer naar Corona en naar onze koning die – ondanks corona- op vakantie ging.  

Ik snap het niet. En geloof me, ik druk me nu heel, heel, voorzichtig uit. Is Corona nu werkelijk het enige nieuws wat noemenswaardig is? Dierbare media: waar zijn jullie mee bezig?

Jullie onthoofden jezelf. Jullie beroven jezelf van je stem door deze belachelijke autofocus op Corona.

Er is een leraar vermoord! In het hartje van Parijs. De keel doorgesneden en volgens sommige bronnen van het hoofd ontdaan. En dat omdat hij – in het kader van vrijheid van meningsuiting- spotprenten van Mohammed liet zien. Als lerares ben ik diep geschokt. Dit had mij kunnen overkomen. Want ook ik bespreek vrijheid van meningsuiting en ook ik durf in mijn lessen te confronteren. Je helpt leerlingen niet verder door het ze altijd even gemakkelijk te maken. Je leert ze niet nadenken door ze nooit te confronteren … en al helemaal niet wanneer je als docent moet gaan rekening houden met eventuele geradicaliseerde ouders.

Voor wie denkt: ‘Je woont in NL en werkt op een tamelijk witte school … ‘  denk nog een keer na. Hoe lang voor de terreur zich onaangekondigd op onze stoep bevindt?  Ik heb al meegemaakt (jaren geleden) dat ik een leerling eruit stuurde en dat nog hetzelfde lesuur de moeder witheet en in verbaal zeer agressieve staat aan de deur van mijn klaslokaal stond.  En het was in datzelfde jaar (al meer dan 10 jaar geleden) dat een leerling in de gang een pistool trok… dat de politie elke week in school haar rondje deed… Wie denkt dat het hier niet kan gebeuren is volgens mij blind.

Al wat jaren geleden had ik in klas 3 een lessenreeks over manipulatie versus vrijheid van meningsuiting. Vooraf goed doordacht, wetende dat het lastig kon worden, had ik er een paar zeer unfaire en manipulatieve acties van mezelf in verweven. Want het is 1 ding om te weten wat manipulatie is. Maar het is iets heel anders om te voelen wat het met je doet als je er het slachtoffer van bent.  En om tot werkelijk begrip te komen is het soms van belang het verstand met het gevoel te bereiken, zeker voor sommige leerlingen.

Enkele leerlingen werden witheet en waren in alle staten. Enkelen stapten verontwaardigd naar de teamleider … Maar toen ik ze een kijkje in de spiegel gaf en het uitlegde werden ze heel stil.  Eén leerling zei “Dit lijkt the- fucking- Wave wel” (film).  Jaren later hadden ze het er nog over. Over hoe het voelde, wat het met ze had gedaan … en hoeveel ze ervan hadden geleerd.

Had ik toen rekening gehouden met eventueel radicaliserende ouders, of ouders die witheet en agressief aan mijn lokaaldeur zouden staan .. dan had ik die les nooit gegeven. Dan hadden de betreffende leerlingen die les nooit gevoeld.

Een docent wordt vermoord omdat hij ons grondrecht “vrijheid van meningsuiting” bespreekbaar maakt. En wat doet de media … ze hebben het over de koning die op vakantie gaat.

Ik snap het niet. Jij?

(Cartoon van mijn hand – zie mijn Instagram voor meer -corona- cartoons)

I just don’t get it… Beatrice de graaf – Dutch terrorist expert- sits as a table guest at the talkshow Op1… they’re going to talk about the terror of Corona. Really? Is this really happening?

She (Beatrice) mentions that the real terror took place in Paris today, but the talkshow hosts (Hugo Logtenberg and Sophie Hilbrand) ignore her statement and draw the attention to Corona and to our king who – despite corona – went on holiday.

I- do-not-get-it. And believe me, I’m expressing myself very carefully now. Is Corona really the only news that’s worth mentioning? Is it all we can talk about? Dear media: what are you doing?

Media: You are beheading yourselves. You are depriving yourselves of your voice by this ridiculous autofocus on Corona.

A teacher has been murdered! In the heart of Paris. Cut the throat and, according to some sources, decapitated. And that because – in the context of freedom of speech – he talked and showed the cartoons of Mohammed. As a teacher I am deeply shocked. This could have happened to me. I also discuss freedom of speech and I also dare to confront in my lessons. You don’t help students by always making it easy on them. You don’t teach them to by never confronting them… and certainly not when you, as a teacher, have to take into account what any radicalized parents could think of you.

For those who think: “You live in the Netherlands and work at a fairly white school …” Think again. How long before the terror hits our doorstep unannounced? I have already experienced (years ago) that told a bad behaving student to leave class and that the mother – before the lesson ended- arrived at my door in a very verbally aggressive state. And it was in that same year (over 10 years ago) that a student in the pulled a gun … that the police came to school every single week … Whoever thinks it cannot happen in the Netherlands or wherever, is blind,  in my humble opinion.

Several years ago I had a series of lessons on manipulation versus freedom of speech. I thought it through, knew it could get tricky.  I had woven some very unfair and manipulative actions of my own into the lessons. Because it is one thing to know what manipulation is. But it is quite another to feel what it does to you when you are a victim of it. And in order to achieve real understanding it sometimes is important to reach the mind with the feeling, especially for some students.

Some students got angry and almost exploded… Some of them stepped indignantly to my boss… But when I gave them a look in the mirror and explained what happened, what I wanted them to learn, they got very quiet. One student said “This looks like the-fucking-Wave (film).” Years later they still talked about those lessons. About how it felt, what it did to them … and how much they learned from it.

If I had taken into account that I would offend any radicalizing parents, or parents who would come screeming at my door .. I would never have taught them that lesson. Those students would never have felt that lesson.

A teacher is murdered because he defended and taught about our fundamental right “freedom of speech”. And what is the media doing… they are talking about the king who goes on vacation.

I-do-not-get it. Do you?

Hoop in depressie & onderwijs

hoopAarzelend schuifelt ze naar voor. Tas op de rug, schouders gebogen, ogen gericht op de vloer. Ik zit nog aan m’n bureau m’n spullen op te ruimen en de pc af te sluiten. Dan staat ze daar naast me, onzekerheid straalt van haar gezicht af. Ze redt het niet met haar PTA-opdrachten. Volgende week moeten ze ingeleverd worden maar ze was meer afwezig dan aanwezig … “Heeft u al gehoord over mij?” “Ik heb gehoord dat er wat is, maar niet wat er precies is. Maar je mag het me vertellen als je dat wil.”

Het alom aanwezige gevoel van intense neerslachtigheid. Elke kiempje van potentieel geluk wordt bij pril ontspruiten genadeloos verdelgd door de continue stroom van giftige gedachten. Wie het nooit heeft ervaren heeft werkelijk geen idee van de wanhopige machteloosheid omdat je met geen mogelijkheid kan ontkomen aan het troosteloze verdriet en de eeuwige somberheid. Voor mij staat een puber, een kind van bijna 18 die precies weet hoe het voelt. Op slag huilt mijn hart.

Ik hoor over antidepressiva, antipsychotica en intense behandelingen. Over het soms wel naar school kunnen maar vaker niet. Het drama wat depressie heet houdt haar in zijn macht. Mede-lijden welt in me op. Dit trek ik me aan. Herinneringen aan de perioden dat deze verschrikking mij in zijn greep had borrelen omhoog. Deze intense vorm van somberheid gun je geen enkel kind… “Ik weet wat het is … dit soort innerlijk lijden is erger dan welke fysieke pijn dan ook.”

Instant herkenning. Ik zie het in haar ogen. “Ik weet echt wat het is … zelfs het er niet meer willen zijn … het je afvragen of de wereld niet beter af is zonder je … ik weet het.” Weer een blik van verstandhouding.  “Maar ik weet ook wat het is om eruit te komen. Ik weet ook dat er hoop is. Ik weet dat je eruit kan komen. Er komt een dag dat je geluk het wint van verdriet! Er is altijd hoop!” De woorden stromen als een waterval over mijn lippen terwijl ik me bedenk dat ik al maandenlang met een blaadje rondloop met daarop een oneliner over hoop. Geen idee waarom ik het had geprint en in m’n agenda had gestopt, menigmaal heb ik op het punt gestaan het weg te gooien maar ‘iets’ (God?) hield me tegen. Ik morrel in mijn tas en mompel dat ik haar wat wil geven.  Het groen gelamineerde velletje doemt op en ik herken dat ene enkele zinnetje

‘Hoop is een lichtje in je hart wat vandaag moed geeft en morgen kracht.’ 

“Ik beloof je, er is echt hoop. Ik weet niet of jij gelooft, maar ik wel en ik zal voor je bidden.”  In stilte kijkt ze naar wat ik in haar handen heb geduwd. Na wat een eeuwigheid lijkt kijkt ze op, ik lees ontroering in haar ogen.  “Dit raakt me.” Het komt haast fluisterend over haar lippen. “Dit raakt me.”

 

En terwijl ze de klas uitloopt vinden de tranen van mijn hart een weg naar mijn ogen.

zucht – onderwijs – wat is van belang?

leraarEr zo één collega die me altijd belachelijk maakt. Mij of mijn vak, dat is hem om het even. Elke keer weer heeft hij wel een denigrerende opmerking. “Ach, het is godsdienst maar.” “Tja, wat moet je met zo een vak.” “Alsof jouw vak van betekenis is.” “Nee, jij stelt veel voor.”  … Hij weet het iedere keer zo te brengen dat het zogenaamd grappig is en als je er wat van zegt heb je geen humor.

Laatst maakte hij weer een brute opmerking – zo bruut dat de enige collega die het hoorde zich verslikte, de wenkbrauwen omhoog trok, “Sooooo” riep, het hoofd iets knikte en me een veel betekenende blik vol medeleven gaf. Á la minute diende ik hem met een poeslief lachje van repliek “Tja en dit is waarom ze jouw contract niet verlengen en het mijne wel.” BAM – Ik wachtte zijn reactie niet af, draaide me om en liep naar mijn lokaal. Achter me hoorde ik de meelevende collega in de lach schieten maar verder bleef het opvallend stil. Mijn vak zo inferieur behandelen… tsss.

 

Soms …

Vanmorgen extra vroeg begonnen om met mn sectiecollega alvast de nodige voorbereidingen voor het volgende jaar te inventariseren. Eindelijk heb ik een collega die net zo enthousiast en vooruitstrevend over het vak denkt. Wilde ideeën als een kloosterweekend, reli-bootcamp en christo-kunstproject passeerden de revue. Natuurlijk moet de directie ook nog zijn zegje doen maar sommige ideetjes zijn best haalbaar, betaalbaar, vakoverstijgend, leuk én leerzaam.  Zo aan het eind van het schooljaar – uitgeblust als een docent dan is – werden we steeds enthousiaster over het komende seizoen.

Mijn enthousiasme werd echter snel de grond in geboord toen ik van de ene naar de andere locatie pendelde. 5 uur lang kreeg ik het ene na het andere probleem over me heen: een dikke mail van ouders (het ging niet over mij maar ik kon er alsnog niets mee), leerlingen die me in de auto al aan het whappen waren wanneer ik tijd had voor ze, een klas die in grootse ontsteltenis mij het allerergste falen van een veel te lieve collega presenteert als een storm in een glas water, een hysterisch huilende dame omdat haar verkering het heeft uitgemaakt, een groep luidruchtig roddelende leerlingen over die dame, een andere leerlinge die er voor de tweede keer uitgestuurd was – natuurlijk volkomen onterecht- en furieus en gefrustreerd haar gelijk bij mij probeerde te halen, de veel te lieve collega die met tranen bij me kwam…

Als ouders bij me in de klas hadden gezeten had mijn vak ze kunnen leren dat veroordeling meestal niet op zijn plek is. Maarja dat ‘kan’ niet en dus maar een überkorte reactie geschreven in de hoop dat hun kind beseft dat ik naar die lessen verwijs. Dat die ene jongen zich prettig genoeg voelde om mij te whappen en om een gesprek vroeg komt niet in het minst door hoe mijn vak je aan het denken kan zetten. We hebben er rustig over gepraat, en ik kon hem verwijzen naar de les over inzicht in jezelf en groepsprocessen en aan het eind van de middagpauze kon hij ietsie wijzer weer verder. De hysterische klas gaf ik in de pauze erna op zijn flikker en verwees ik naar de lessen over respect, groepsdruk en intrinsieke motivatie. Het was niet wat ze hadden verwacht maar ze gaven me wel schoorvoetend gelijk. De gefrustreerde, huilende leerlinge heb ik getroost, gewezen op eigenwaarde en op het ‘geloven in jezelf’. De roddelaars hield ik een spiegel voor en dropen min of meer beschaamd af en voor de veel te lieve collega stapte ik een half uur uit de klas om even naar haar verhaal te luisteren. Met een half oog de orde achter de deur in de gaten houdend probeerde ik haar te bemoedigen en te vertellen hoe ik het heb aangepakt.  Na mijn laatste les nog een uur met een leerling zitten praten die haar verhaal kwijt moest en ook haar weer gewezen op de lessen over kernkwaliteiten, valkuilen en uitdagingen.

Tussendoor had ik natuurlijk ook nog les, met dyslectische leerlingen, adhd-ers, PDD-ers, Aspergers en natuurlijk ook heel veel hormonale pubers. Cijfers dienden gecheckt, vragen beantwoord, orde houdend, hoofdstukken afgerond, planning voor de toetsweek uitdelend, klassenuitje geregeld, sectie-etentje gepland … en ik werk op donderdag in principe maar een halve dag…

 

Bekaf, gesloopt en met een kloppend hoofd kwam ik thuis. Als er nu nog iemand is die durft te beweren dat mijn vak niet van belang is …

 

 

bron foto

 

Soms vraag je je af waarom je in het onderwijs zit …

onderwijsDe cao is erdoor… vanmiddag was er een ingelaste vergadering om alle ins en out toe te lichten om ons als docenten op zo kort mogelijke tijd te dwingen een keuze te maken hoe we ons ’trekkingsrecht’ (wat zo niet meer mag heten) willen inzetten. Als parttimer kan ik niet vragen om lesvermindering – zo maakte de directie me duidelijk. Daar heb ik te weinig ‘recht’ op. Ik mag het, zoals de cao voorschrijft, ook niet opsparen want er heerst nog teveel onduidelijkheid waarvoor en hoeveel en tot wanneer ik eea mag opsparen dus ook deze optie vervalt. Ik mag het inzetten om mijn niet-lesgebonden taken te verminderen, máár ik mag niet zelf kiezen wélke taken me dan het meest belasten en er dus vanaf moeten. En ook de laatste keuze had niet de voorkeur van de directie: het laten uitbetalen. Nee, ze betalen het niet uit, je krijgt een tijdelijke ‘verzwaring’ van je lesomvang; een papieren uitbreiding welliswaar. Ik krijg er dan geen uren bij maar wel op papier en dus krijg ik meer loon. Daarbij wordt even vergeten dat als ik op papier ‘meer’ werk dat dan ook de omvang van mijn niet-lesgebonden taken omhoog gaat… en daar krijg ik dan geen vrijstelling van dus moet ik er eigenlijk toch weer voor werken wat dus in praktijk geen verlichting geeft wat juist de bedoeling van dit ‘recht’ is … Of we voor maandag even kenbaar willen maken wat we kiezen …

Zucht.

Ik had bij thuiskomst ZÓ spijt dat ik op mijn vrije dag naar deze vergadering was gesjeesd. Zo verspilde moeite.

 

Morgen vallen haast al mijn lessen uit. Alleen mijn eerste klassertjes zullen op me zitten wachten. Om 8:00u moet ik een geschorste leerling opvangen en aan het werk zetten. Geschorst wegens schelden / pestgedrag via zijn mobiel. Herr directeur vroeg of ik nog ‘ff’ een gepaste opdracht kon bedenken (ja, op mijn vrije dag!)… want het paste wel bij mijn vak. (OMG – dacht ik nog) maar het zal wel – “straffen” past bij “Godsdienst” (ogen-rollend-mond-vol-tanden) …  Aangezien hij mij aansprak dacht ik nog wel een vraag te kunnen stellen over mijn uren volgend jaar, iets wat ik maanden geleden ook al vroeg (mondeling én schriftelijk) – hij was het helemaal vergeten – zou de directie wel mailen… (OMG2- dacht ik nog “Hij IS toch directie??”)

 

 

Soms vraag ik me af waarom ik nog in het onderwijs zit.  Maar morgenochtend om 8:15 kijk ik naar dertig paar ogen, en dertig monden mogen met me in discussie over het belang / nut van (de 10) leefregels (geboden) … waarschijnlijk dat ik het dan wel weer weet.

 

 

Pestgedrag bestrijden helpt niet en toch weer wel…

pestenWebPesters zijn verschrikkelijk. Systematisch gepest worden is een drama.

Ikzelf ben jarenlang gepest geweest omdat ik als ‘protestant’ op een katholieke school zat. Zelfs moeder non die me in groep 8 les gaf had er een handje van om me ten overstaan van de hele klas voor schut te zetten. Pleinwachten – zogenaamde lieve en godvrezende zusters- negeerden het wanneer ik slachtoffer was van duw of trekwerk en daar maakten klasgenootjes dankbaar misbruik van.

Om me af te reageren gedroeg ik me verschrikkelijk tijdens de godsdienstles. God hielp me niet, dus zat ik Hem zo dwars als maar kon in dat ene uurtje. Wanneer de hele klas leuke dingen ging doen met één van de nonnen werd ik apart gezet in een achterafkamertje om protestantse les te krijgen door één of ander heerschap – Meneer Mantels- heette hij. Ik maakte het hem echt niet gemakkelijk. Twee keer per week kwam hij met zijn koffertje tegenover me aan een tafeltje zitten. Hij vertelde een bijbelverhaal en ik moest daar dan wat domme vragen over beantwoorden… Ik vond het verschrikkelijk – vooral omdat ik er door de populaire grietjes om uitgelachen werd. Dus gedroeg ik me als een adhd-er, PDD-NOSser, zware autist of crimineel, en – uiteraard- het liefst als alle vier tegelijk. Ik ging achterwaarts op mn stoel zitten, gooide m’n etui door het kamertje (natuurlijk terwijl ik hem strak bleef aankijken) of vertikte ik het een hele les om te praten… Eigenlijk pestte ik hem, besef ik nu. Maar hij bleef altijd even vriendelijk.

Ik misdroeg me mateloos – alleen in zijn les- daarbuiten kreeg ik de kans niet… tot dat … Voor de zoveelste keer was ik op het schoolplein voor schut gezet en voor de zoveelste keer zei de pleinwacht dat ik het zelf maar moest oplossen, mn knie was geschaafd omdat één van de jongens me had laten struikelen en ik had spuug op mn bril zitten. Ik trok het niet meer. Met tranen in de ogen en verslagen kwam ik het kamertje binnen en zakte neer op mn stoel. Hij luisterde 2 tellen, nam me bij de hand en samen liepen we het schoolplein af. 300 meter verderop, ergens in een soort van pastorie huisde meneer de directeur; een oude norsige brillenmans waarbij je het niet in je hoofd haalde hem tegen te spreken. Zonder kloppen stormde mijn leraar het kantoor in, zette me vriendelijk in één van de fauteuils en nam het voor me op. Hij schold niet, bleef netjes, maar zijn toon dulde geen tegenspraak. Er moest en zou wat aan gebeuren en meneer directeur – zijn werkgever-  zou daarvoor zorgen, nu… Nog nooit had iemand het zo voor mij opgenomen. Nog nooit had iemand zo openlijk NIET getwijfeld aan hoe ik de dingen ervoer. Nog nooit had iemand erkend dat ik hier het slachtoffer was …

Ik weet nog dat ik het hele gesprek zat te wachten op het moment dat hij ook even uit de doeken zou doen hoe verschrikkelijk ik me gedroeg maar in plaats daarvan maakt hij de ander even heel duidelijk dat ik te waardevol was om zo nog langer behandeld te worden. Ik stond perplex. En ik was beschaamd.

Ik wou dat ik kon zeggen dat het pesten aangepakt werd, dat juf ‘zuster’ me niet meer vooraan de klas voor schut zette… Nee, het ging gewoon door. En toch was het allemaal anders… iemand had het voor me opgenomen.  Iemand had me naar waarde geschat. Dat ben ik nooit vergeten.

Omhoog ↑