Hou je bek / shut the * up.

Mensen horen zelden het hele verhaal. Meestal horen ze alleen maar dat wat ze willen horen. Tenminste – dat denk ik zo af en toe. En maar al te vaak reageren we vooral of alleen op dat wat we niet goed vinden.

De afgelopen weken spendeerde ik in mijn lessen veel aandacht aan het sociaal-emotionele welzijn van m’n leerlingen. Ze kregen de kans om zich in woord en daad te uiten. En onder het mom van ‘eerst moet eruit wat erin zit’ vond ik het dus niet erg wanneer ze een keertje boos, gefrustreerd of grofgebekt waren. Zodra de boel uitgesproken op tafel lag startten we in het in oplossingen leren nadenken. Er werd wat afgelachen en plezier gemaakt…

En toen kwam de ouderavond.

1 enkele vader wilde me spreken. En ik werd zenuwachtig. Ik heb meer dan 350 leerlingen. Als er dan 1 is die me wil spreken… mijn stagiaire zei nog ‘Het kan toch ook om iets goed gaan?’. Maar mijn ervaring zei me anders. Ouders plannen zelden een gesprek met de docent waar ze het goed vinden gaan.

Een kwartier te vroeg logde ik in. Nu geef ik al 18 jaar les… maar ouderavonden blijf ik vreselijk vinden. Het voelt altijd alsof je op het matje wordt geroepen. Ligt vast aan mij.

Vader en dochter kwamen in beeld. En al heel snel hoorde ik de woorden ‘… ja daar wou ik het over hebben, want daar waren we niet over te spreken…’

Laat ik vooropstellen dat de jongedame een geweldige leerlinge is. Van haar wil je er wel 10 in je klas; altijd enthousiast meedoen, beleefd, sociaal, eerlijk, betrokken. Echt. Het type leerling wat altijd vrolijk je lokaal binnenkomt en jou als docent niet straal voorbij loopt maar vriendelijk groet voor ze gaat zitten.

Dát hardwerkende meisje – had tijdens 1 van de ‘wat-erin-zit-moet-eruit’-opdrachten de woorden ‘hou je bek’ uitgesproken. Ter verdediging: ze speelde een rol. Pruiken en hoeden legde de nadruk op verborgen emoties… En omdat ze aan het vloggen waren was dit op camera vastgelegd. Ze had het in al haar enthousiasme zelf aan haar vader laten zien…

Mea culpa. Dat ik als docent toesta dat een leerling iets dergelijks zegt.

Ik had haar een 10 gegeven voor het zzap-cijfer. (zelfreflectie, zelfredzaamheid – attitude en inzet – probleem oplossend denken) maar waar ging de focus naar?

Hou je bek.

(Oh. Misschien onnodig om te zeggen: Ook deze blog is maar 1 kant vh verhaal – ik verwijs je graag naar mijn Disclaimer 🤪 + vanwege de privacy verdraai ik soms wat feiten.)

People rarely hear the whole story. Usually they only hear what they want to hear. And too often we only react to what we don’t like.

In the past few weeks, I’ve spent a lot of time taking care of the social-emotional well-being of my students. During lessons they were given the opportunity to express themselves in word and deed. And under the guise of “get out what’s in it first,” I didn’t mind when they were a little angry, frustrated or even a little rude. As soon as they expressed their true feelings, we started learning to think in terms of solutions. There was a lot of laughing and having fun involved …

And then came the parents’ evening.
1 single father wanted to speak to me. And I got nervous. I have over 350 students. If there is one person who wants to talk to me … my intern said “It could also be a good thing, right?”. But my experience told me otherwise. Parents rarely schedule a meeting with the teacher when things are done well.

I logged in fifteen minutes early. I’ve been teaching for 18 years now … and still this part of my job is the worst. It always feels like you have to defend yourself while fighting for their kids…

Father and daughter appeared on my screen. It didn’t take long before I heard the words “… yes I wanted to talk about that, because we were not happy about that …”

Let me say upfront : the young lady is a wonderful student. You want 10 of her in your class; always enthusiastic, polite, social, honest, involved. For real. The type of student who always happily enters your classroom and greets you friendly before she sits down.

That hard-working girl – had uttered the words “shut the * up” during one of the “what’s-in-must-out” assignments. In my defense, she played a part. Wigs and hats emphasized hidden emotions … And because they were vlogging this was captured on camera. She had shown it to her father in all her enthusiasm …

Mea culpa. That I, as a teacher, allow a student to say something like that.

I gave her a 10 for the ssap-grade. (self-reflection, self-reliance – attitude and commitment – problem-solving thinking) But where did the focus of the parents go?

Shut the * up.

Study wears you out

Scroll down for English translation

Prediker 12:12-13

img_7891

Als docent ben ik in dit stadium van het schooljaar behoorlijk toe aan vakantie. En de meeste leerlingen beleven dit net zo.

Het is goed om jezelf uit te dagen en te blijven leren, studeren. Kennis doet je goed. Het helpt je in het verwerven van inzicht en het behalen van je doelen.

Maar deze waarschuwing van Prediker trof me vandaag. Er zijn eindeloos veel boeken geschreven en teveel studeren put je uit. En ik denk dat veel leerlingen dat laatste volmonding beamen. 😉

Met alles wat je in het leven leert en bestudeert draait het volgens Prediker uiteindelijk maar om 1 ding: dat je God vreest. Niet als in angst voor Hem hebben, maar als in ontzag voor Hem hebben. Wat hoe machtig mooi, ingewikkeld en wonderbaarlijk heeft Hij alles immers bedacht!

 

But, my child, let me give you some further advice: Be careful, for writing books is endless, and much study wears you out … Here now is my final conclusion: Fear God and obey his commands, for this is everyone’s duty. Ecc 12:12,13

I’m a teacher, in desperate need for a summer break. I guess my students feel the same way. These last 2 weeks before summer break are wearing me out.

It is good to study and to grow in knowledge. But this warning just hit me… in the end, it’s all about obeying God… Fear God: not as in be afraid. But as in have awe for everything Is because of Him and His wonders!

Ouders van tegenwoordig

 Zucht. Soms vraag ik me af waarom ik nog in het onderwijs sta. Niet omdat ik het lesgeven zat ben hoor. En nee de pubers van tegenwoordig kan ik nog prima handelen. Het zijn de ouders waar ik geregeld hoorndol van word. Wat een zeikerds en betweters is dat ras soms. 

Natuurlijk kennen (de meeste) ouders hun kinderen erg goed. Maar elke ouder heeft 1 of meerdere blinde vlekken als het om zijn of haar kind betreft. Zeker pubers zijn zo aan lichamelijke zowel als sociaal-emotionele veranderingen onderhevig dat je het als pa en moe alleen maar bijhoudt als je er overdreven beschermend bovenop zit en zelfs dan is het plaatje nooit compleet.

*newsflash* ELK kind heeft zo zijn tekortkomingen en ELKE puber zal daar toch echt zelf de veranwoording voor moeten leren dragen.  
Bijna iedereen weet dat er een best grote groep ouwelui bestaat die hun nageslacht qua intellect veel te hoog inschatten. Maar wist je dat de categorie ‘doe mijn kind maar een niveautje lager’ ook ruim is vertegenwoordigd?  

Wij onderwijskrachten worden steeds minder serieus genomen. Maar als een kind op school – door wat voor omstandigheden dan ook- het niveau niet laat zien… Dan is de kans heel groot dat het dat niveau niet heeft! 

(Ik heb het hier even niet over de pubers met een stoornis oid – dat is iets andere koek.)  

Ouders denken zich steeds meer te kunnen bemoeien over wat we onderwijzen en hoe zij vinden dat wij professionelen dat zouden moeten doen. Maar sorry hoor, ik zeg de huisarts toch ook niet hoe hij me moet onderzoeken en wat hij moet denken dat er aan mij mankeert? Wanneer ik mijn auto naar de garage breng ga ik de monteurs toch niet vertellen hoe ze de olie moeten verversen laat staan hoe ze bepaalde onderdelen moeten vervangen!?  
Afgelopen week was het weer raak. Een aantal leerlingen hielden een zwaar belabberde presentatie. Om een lang verhaal kort te maken: het was na een uitgebreid gesprek overduidelijk dat ieder lid flink in gebreke was gebleven en ze kregen een 4,4. Behoorlijk prut dus. Voor de goede orde: ik werk met een uitgebreide lijst van punten waarop gescoord kan worden en de meeste leerlingen scoren in totaal al snel een 7 of hoger en ook een 10 is niet onmogelijk.   Enfin, krijg ik ‘smiddags een mail van moeder X… Toon duidelijk op standje verwijtend. Alles lag aan de andere pubers en niet aan die van haar. 

Uiteraard antwoordde ik keurig en beleefd en geef ik mijn beeld op het geheel.  Nog geen paar uur later vind ik een envelop in mijn postvak. Erin een krantenartikel (foto) met wat zinnetjes onderlijnd waaruit moest blijken dat ik mijn werk niet goed deed. Hoezo passief-agressief.  Werkelijk, van zoiets kan ik witheet worden.  

Bijna had ik de neiging om wat andere zinnetjes in rood te onderstrepen en het bericht mee terug te geven. Daarmee aantonend dat moeders zwaar selectief leest en uiterst subjectief is en mij als pro mijn werk moet laten doen. Maar nee, ik hou me in. (Ik schrijf wel een blog 😜)  


De dag erna heb ik weer een presentatie. Enthousiast als ze zijn maken deze leerlingen al tijdens de pauze het lokaal in orde. Wanneer de bel gaat en ik binnenwandel zit de hele klas al klaar en openen ze hun presi uiterst origineel en weten ze bijna 30 minuten lang de hele klas te boeien. Halverwege moet ik van ze meedoen met een groepsopdracht. En wanneer zij als ware juffen en meesters langslopen steekt 1 van hen zijn duim omhoog en zegt met brede grijns ‘Goed zo Sara’. 
 

Mijn dag kan niet meer stuk. 


(En ja dat laatste groepje kreeg een 10, nee niet omdat ze mij een pluim gaven maar gewoon omdat ze het geweldig hadden voorbereid en uitgevoerd!) 


Ps: lees mijn disclaimer! Eea aan info kan verdraaid zijn om de privacy van ouders zowel als leerlingen te beschermen – hoe irri ze soms ook zijn 😅

Gevalletje ‘ gescheiden ouders’

lvb leerlingBij voorbaat mijn excuus voor deze titel. Maar had ik je aandacht?  Voor je me gelijk afdoet als een ongevoelig en tactloos wezen: Hear me out!

Dat mensen die ooit dolverliefd waren ervoor kiezen te scheiden is ronduit een drama voor ze. De bende van afwijzing, teleurstelling, verwarring, ruzie en frustratie heeft als een kankergezwel de bron van liefde en romantiek geïnfecteerd, beetje bij beetje verdrongen en na een slopende periode het gelukkige huwelijk uitgeschakeld. Dit is vreselijk voor beide partijen. Daar doe ik niets aan af!

Uit elkaar gaan is afschuwelijk, het is een tragedie voor wie eraan ten prooi valt. Maar de échte slachtoffers in het geheel zijn de kinderen. En nee, ik vind niet dat je bij elkaar moet blijven ‘om de kinderen’. Daar doe je niemand een plezier mee en de kinderen nog wel het minst. Ik wil ouders niet beschuldigen, noch het cliché aanboren dat kinderen schuldig denken te zijn, moeten wennen, hun veiligheid kwijt zijn en blablabla. Dat weten we allemaal, toch?  Dat het nageslacht een flinke tik meekrijgt van de echtscheiding is zo een beetje algemeen goed. Niet leuk, maar hé daar groeien ze wel overheen … of niet?

 

Een tijdje geleden besprak ik in havo 4 het thema ‘langdurige relaties’. Alle pubers gaven aan ooit een langdurige relatie te willen. Op 2 na wilden ze allemaal liever trouwen dan ‘blijven samenwonen’.  Maar GEEN van allen had het idee van huis uit mee te krijgen hoe ze aan een langdurige relatie moesten werken.

Trouwen is niet iets wat je 1x doet om je daarna veilig te wanen. Trouwen is een levenslang proces van elke keer weer kiezen voor elkaar. Trouwen is een werkwoord.  Maar wat gebeurt er met de kids als ouders hun ontslag bij elkaar indienen?

 

Beseffen we anno 2015 écht hoe het voor kinderen is? Hebben ouders werkelijk door hoe diep de pijn, afwijzing en verwarring hun kinderen raakt?  Ik vraag het me af. Soms denk ik dat we ons te graag verschuilen achter de façade van de moderne maatschappij, achter de utopie van maakbaarheid.

Al mijn leerlingen (om en bij de 300 stuks op dit moment) houden voor zichzelf een portfolio bij: een levensbeschouwingboek. Aan de hand van allerlei opdrachten leer ik ze stap voor stap naar zichzelf en anderen te kijken, hun gevoelens en gedachten in kaart te brengen, hun eigen denken en doen onder de loep te nemen.  Alles schrijven ze op in hun schrift, wetende dat ik de enige ben die het leest. Het verdriet wat ik zo meekrijg is vaak schrijnend.

 

STOP! Denk nu niet “Ja dat zal vast!” of  “Wat zielig.”  Niet gelijk er overheen lezen en laten passeren!!  Het is méér dan gewoon zielig, sneu of verdrietig. Het is godgeklaagd! Sommige ouders hebben werkelijk geen idee hoe hun kind, zelfs jaren ná de scheiding, nog treurt, zichzelf in slaap huilt, zegt dat het ok is maar ondertussen …

Het ergste is de onderlinge haat en nijd. Opmerkingen over de ‘ex’ die eigenlijk net onder de gordel zijn, het geklaag en gezeur over de ander, de rollende ogen of sprekende blik wanneer het kind iets vertelt over wat de ander zei. Ex-partners blijven hun leven lang (onbewust mag ik hopen) afgeven op de ander en vergeten dat ze daarmee eigenlijk ook afgeven op hun kind.  De kanker van afwijzing ettert door in het hart van het kind. Niet dat deze dat altijd laat merken hoor, daar zijn kinders te loyaal voor. En vraag je het ze: dan zullen ze glashard ontkennen om jouw gevoel te sparen.

  • “Ze hebben niet door dat ik me nog steeds vaak in slaap huil.”
  • “Ik heb een foto van hun trouwdag verstopt en vaak kijk ik daar nog even naar.”
  • “Ik ben blij dat ik haar (nieuwe vriendin van papa) maar 2 weken in het jaar moet dulden. Wat een rotmens.”
  • “Dan zijn ze weer eens boos op elkaar, moet ik alle verwijten aanhoren in de auto, maar tegen elkaar zeggen ze niks. Elke keer weer denk ik dat ik de volgende keer als een bom ontplof maar dat gebeurt nooit.”
  • “De ene week ben ik bij mama en de andere week bij papa, maar mama is altijd boos omdat mijn fiets niet in de auto past. Maar die heb ik wel nodig voor school. Ik kies er toch niet voor om heen en weer te reizen?”
  • “Als papa mij iets wil zeggen mailt hij het. Ik haat dat.”
  • “Als mama iets lelijks zegt over mijn vader heb ik altijd het gevoel dat het over mij gaat. Ik doe alsof het me koud laat maar het maakt me heel somber.”
  • “M’n moeder is ’s avonds helemaal moe van haar werk en gaat na het eten gelijk naar bed. Ik heb nooit iemand om mee te praten of gewoon om samen dom tv te kijken.”

 

In deze samenleving waarin kindjes nogal eens als afgod worden gezien zijn er veel te veel pubers die volwassen geacht aan hun lot worden overgelaten. En dan vinden ouders het raar dat ze geen motivatie hebben om te leren of dat ze zich afreageren in drankmisbruik en/ of wangedrag.

De uitzonderingen daar gelaten: wanneer leerlingen probleemgedrag vertonen, zich brutaal en ongepast gedragen, het ene na het andere onnodig lage cijfer halen,  … ,  dan klinkt ‘gevalletje gescheiden ouders’ vaak eerder realistisch dan ongepast.

Hoop in depressie & onderwijs

hoopAarzelend schuifelt ze naar voor. Tas op de rug, schouders gebogen, ogen gericht op de vloer. Ik zit nog aan m’n bureau m’n spullen op te ruimen en de pc af te sluiten. Dan staat ze daar naast me, onzekerheid straalt van haar gezicht af. Ze redt het niet met haar PTA-opdrachten. Volgende week moeten ze ingeleverd worden maar ze was meer afwezig dan aanwezig … “Heeft u al gehoord over mij?” “Ik heb gehoord dat er wat is, maar niet wat er precies is. Maar je mag het me vertellen als je dat wil.”

Het alom aanwezige gevoel van intense neerslachtigheid. Elke kiempje van potentieel geluk wordt bij pril ontspruiten genadeloos verdelgd door de continue stroom van giftige gedachten. Wie het nooit heeft ervaren heeft werkelijk geen idee van de wanhopige machteloosheid omdat je met geen mogelijkheid kan ontkomen aan het troosteloze verdriet en de eeuwige somberheid. Voor mij staat een puber, een kind van bijna 18 die precies weet hoe het voelt. Op slag huilt mijn hart.

Ik hoor over antidepressiva, antipsychotica en intense behandelingen. Over het soms wel naar school kunnen maar vaker niet. Het drama wat depressie heet houdt haar in zijn macht. Mede-lijden welt in me op. Dit trek ik me aan. Herinneringen aan de perioden dat deze verschrikking mij in zijn greep had borrelen omhoog. Deze intense vorm van somberheid gun je geen enkel kind… “Ik weet wat het is … dit soort innerlijk lijden is erger dan welke fysieke pijn dan ook.”

Instant herkenning. Ik zie het in haar ogen. “Ik weet echt wat het is … zelfs het er niet meer willen zijn … het je afvragen of de wereld niet beter af is zonder je … ik weet het.” Weer een blik van verstandhouding.  “Maar ik weet ook wat het is om eruit te komen. Ik weet ook dat er hoop is. Ik weet dat je eruit kan komen. Er komt een dag dat je geluk het wint van verdriet! Er is altijd hoop!” De woorden stromen als een waterval over mijn lippen terwijl ik me bedenk dat ik al maandenlang met een blaadje rondloop met daarop een oneliner over hoop. Geen idee waarom ik het had geprint en in m’n agenda had gestopt, menigmaal heb ik op het punt gestaan het weg te gooien maar ‘iets’ (God?) hield me tegen. Ik morrel in mijn tas en mompel dat ik haar wat wil geven.  Het groen gelamineerde velletje doemt op en ik herken dat ene enkele zinnetje

‘Hoop is een lichtje in je hart wat vandaag moed geeft en morgen kracht.’ 

“Ik beloof je, er is echt hoop. Ik weet niet of jij gelooft, maar ik wel en ik zal voor je bidden.”  In stilte kijkt ze naar wat ik in haar handen heb geduwd. Na wat een eeuwigheid lijkt kijkt ze op, ik lees ontroering in haar ogen.  “Dit raakt me.” Het komt haast fluisterend over haar lippen. “Dit raakt me.”

 

En terwijl ze de klas uitloopt vinden de tranen van mijn hart een weg naar mijn ogen.

Leerlingen & complimenten

blaadje 1Chaos – iedereen loopt alle kanten op – tassen verstopt onder de tafels – opgewonden gekwetter en geklets – geroezemoes en fluisterend overleg – enthousiaste ‘Oh’s en Ahh’s ‘ : M’n leerlingen zijn bezig met een complimentensafari. Op het programma staat een reeks lessen over het belang van complimenten, het herkennen van kwaliteiten en leren het leven positief te beschouwen. In plaats van kaal de theorie door hun strot te douwen onderwerp ik ze eerst aan een stel oefeningen waarbij emoties als twijfel, verwondering en blijdschap inspelen op hun geluksgevoel. En gelukkig werkt het … Naarmate de les vordert stijgt hun enthousiasme en vrolijkheid.  Een sprankelend geluksgevoel waait door de klas.

 

Complimenten werken verbindend. Iemand een compliment geven is niet alleen goed voor de ontvanger, ook de gever heeft er baat bij. Complimenten, groot en klein spelen een belangrijke rol voor wat betreft de eigenwaarde en (zelf)vertrouwen. Complimenten troosten, bemoedigen, geven hoop, moed en kracht. Complimenteren maakt dat de ander zich gezien en gewaardeerd voelt. Complimenteren maakt dat je je richt op de positieve kanten, op de kwaliteiten, op dat wat je zelf mooi, leuk, lief of bemoedigend vindt. Complimenten doen je positiever in het leven staan.

Daarom deel ik op school graag en veelvuldig complimenten uit… In het begin voelde het onwennig en soms zelfs een tikje nep. Soms moest ik een stukje onzekerheid overwinnen om iets te durven zeggen. Maar ik zag dat het ze goed deed, hoe simpel of klein het compliment ook is, je ziet een leerling toch een beetje groeien wanneer je uitspreekt wat je opvalt, wat je ziet…  “Heey, wat zit je haar leuk!” “Zo, ik kan merken dat je goed geleerd hebt, knap van je!” ” Zo, jij ziet er mooi uit vandaag!” ” Ik ben zo trots op je!” “Hoi knapperd, wat leuk dat jij weer in m’n les bent, kom je gezellig voorin zitten?” “Ik wil je even zeggen dat ik je onwijs lief vind, ik heb gezien wat je voor x gedaan hebt, zo lief! Je bent een mooi mens.”  Mijn pauzes gaan soms helemaal op aan complimenteren (en kletsen met leerlingen :P) maar het geeft me energie, maakt me vrolijk en het creëert ook nog een band tussen mij en de leerlingen.

 

blaadje 2Vandaag zette ik mijn klas dus aan het complimenteren. Elke leerling schreef zijn naam in dikke letters op een blad. Met de pen in de hand kregen ze de opdracht om voor elke klasgenoot een gemeend compliment te bedenken en op diens blad te schrijven. Maar – er mochten op 1 blad geen 2 dezelfde complimenten staan. Aanvankelijk schuifelen ze een beetje nadenkend heen en weer, ontdekken ze dat ze elkaar misschien toch niet zo goed kennen als dat ze dachten. Vervolgens ervaren ze dat het niet zo vanzelfsprekend is om iets positief uit te spreken: er is soms een flinke dosis moed voor nodig.  En dan komt het … bij elk compliment wat ze schrijven ontkiemt een zaadje van geluk en groeit de dosis lef. Steeds enthousiaster bedenken ze nieuwe, onuitgesproken, positieve dingen van elkaar. Het gaat er steeds vrolijker aan toe en met plezier lezen ze elkaars complimenten, er wordt gelachen en gegiecheld, geglimlacht en gegrijnsd.

 

blaadje 3Aan het eind van de les, wanneer alle leerlingen hun blaadje met schrift opruimen en de klas uit verdwijnen, verschijnt er een blaadje op m’n bureau. Ongemerkt heeft 1 van mijn pupillen een a4tje met mijn naam tussen die van de anderen gelegd. Wat een schat.

Op mijn keukenkast prijkt nu dit blaadje vol met woorden die me bemoedigen. Complimenten die mijn hart raken, mij me gewaardeerd doen voelen en mijn geluksgevoel verhogen. Ik wilde m’n leerlingen een belangrijke levensles meegeven en ik kreeg er een bemoediging van jewelste voor terug. Wat een heerlijke baan heb ik toch.

 

Science of happiness

Over een paar weken mag ik mijn 4 havo leerlingen lesgeven over ‘geluk’.

Notabene ik… Ik die overgevoelig ben geweest voor somberheid en depressie. Ik met de burn out van nog maar een paar jaar geleden wat het zwaarste dieptepunt ooit was. Ik die er 35 jaar over heeft gedaan om eindelijk een soort van gelukkig te kunnen zijn met mezelf.

Gelukkig met mezelf – dat maakte echt ’n verschil! Tussen haakjes, ik heb het nu even over hoe ik ben, inclusief kwaliteiten zowel als valkuilen. Qua uiterlijk ben ik ‘iets’ minder gelukkig 😅. Dus wie mij wil sponsoren voor wat cosmetische ingrepen kan zich direct melden: ik ontvang u hartelijk. Nee, grapje (niet echt maar toch 😅).

Anyway… Ik mag lesgeven over geluk en over dat wat je gelukkig maakt. Een gedegen voorbereiding was en is dus op z’n plaats. Zo kwam ik tijdens wat onderzoek terecht bij een prachtige reeks filmpjes van Science of happiness waarbij op semi-wetenschappelijke wijze uitgezocht en getest wordt wát een mens nou gelukkiger kan maken. En rara 1 van die filmpjes benadrukt het belang van ‘dankbaar zijn’ als geluksverhogend aspect.

Dus wat ga ik mijn stuudjes leren? Het belang van ‘Je zegeningen tellen’! Nou zo zou het in tale Kanaäns weerklinken… Ik verpak het uiteraard iets anders.

Maar denk nou eens zelf: hoe kan je dankbaarheid aanleren? Hoe train je jezelf om je dankbaarder te voelen? Hoe moet dat, je zegeningen tellen? Het klinkt veel simpeler dan dat het in werkelijkheid is…

Wanneer je geluksgevoel je in de steek laat is het helemaal niet zo vanzelfsprekend om een lijstje te maken van alles waar je wél dankbaar voor kan zijn. En zelfs als het je lukt om zo een waslijst aan kleine dingen op te schrijven… Wat dan nog?

Afgelopen weken heb ik menigmaal liggen janken, gillen, kronkelen en kermen van de pijn. Wanneer de pijn daalde tot een min of meer ‘verdraagbaar’ niveau kon ik vaak niets meer dan alleen maar liggen. Soms kon ik niet eens uit bed om naar wc te gaan. De pijn vermorzelde haast elk grammetje geluksgevoel. En toch was daar mijn echtgenoot die me troostte, waste, mij m’n medicatie toediende, het huishouden overnam… Zoon 1 ondersteunde hem en mij waar hij kon. Wanneer manlief weg moest voor z’n werk was het mijn zoon die me uit bed tilde en me naar de badkamer hielp… Zoon 2 kwam regelmatig even bij me op bed zitten, leidde me wat af, maakte me lekkere broodjes, thee of wat anders. Tijdens de pijnaanvallen was het onmogelijk om ‘dankbaar’ te zijn… Ik moest de pijn zien te overleven… Maar wanneer het ook maar kon bleef ik mezelf en hen benadrukken hoeveel mazzel ik met ze had. Ik appte erover, blogde erover, vertelde het aan iedereen die me vroeg hoe het ging. En belangrijk: ik bleef het tot in detail aan mijn 3 heren benoemen. “Dank je dat je me (weer) tilt.” “Dank je dat je de moeite neemt me te wassen.” “Dank je dat je naast al je werk ook zoveel voor mij doet.” Dank je voor …

Dankbaarheid zit hem niet in het maken van een zegeningenlijstje. Dankbaarheid zit hem in het elkaar benoemen wat je waardeerde en waarom, in het vertellen wat het met je doet en deed, in het openlijk erkennen en accepteren dat de ander je aanvult waar jij niet meer kan…

“Tel je zegeningen 1 voor 1.” Klinkt zo wel heel anders hè?

Kijk vooral het filmpje van Science of Happiness wat me inspireerde. Voer eens dezelfde opdracht uit: neem een persoon in gedachte die belangrijk voor je is en schrijf een kantje vol met waarom precies. Benoem karaktereigenschappen waar je van houdt, acties die je waardeerde, wat je ziet aan inzet en moeite voor jou … Beschrijf niet 1 tekortkoming tenzij het er een is waarvan je geniet…Noem voorbeelden en hoe jij je daarbij voelde. Schrijf een heel kantje vol en eventueel meer als dat je lukt.
En dan… Bel die persoon op of meet hem of haar face to face om alles wat je schreef voor te lezen. Uit je dankbaarheid!

Pijn, verdriet en omstandigheden zullen er niet door verdwijnen, maar je geluksgevoel heeft behoorlijk meer kans van overwinnen. Dit was duidelijk te merken aan de proefpersonen in het filmpje.

Maar ik kan het je ook uit recente ervaring zeggen: het is best gek om te huilen van de pijn maar op een rare aparte manier toch gelukkig te kunnen zijn.

Try it!

IMG_5009.PNG

vandaag is het wonderdag

kalmaandagEen dag als geen ander, en toch weer hetzelfde stramien. Het onlangs hernieuwde ritme baant zich haastig een weg naar een bekend patroon. Alles is anders,  niets is veranderd.  De kop is eraf, het begin is begonnen, kennis gemaakt: rust gestaakt.

De start was vurig, vol passie voorbereid. De weken ervoor hadden tot energie geleid. Het nieuwe wordt nu oud, het oude vertrouwd.

316 nieuwe gezichten. Evenveel namen, verhalen, syndromen en dromen. Nieuwe collegae komen er nog bij, andere methodes sluiten de rij. Allen lijken ze te schreeuwen “Aandacht, Aandacht, denk aan mij!” Mijn hersenpan stoomt op vol vermogen, doet een aanslag op mijn lijf. Rust zoeken is noodzakelijk, dat staat buiten kijf.  Maar buiten kijf staat buitenspel: eerst nog die ouderavond, erna een werkweek met klas 1,  de nieuwe methode kan niet wachten en elke les dient voorbereid… nogal logisch dat ik mijn huishouden mijd.

 

Gister sloeg vermoeidheid als de man met de hamer. Genadeloos veegde ze de vloer met me aan. Afgepeigerd, afgemat en afgedraaid sleepte ik lijf en leden naar de genade van mijn kussens en de  sereniteit van het o zo heerlijke dekbed. Maar vrouwe rust liet, gehinderd door gedachten, eindeloos op zich wachten.  Ik zocht mijn heil bij een neut. Het werden er twee, en nog een geut.

 

Vanmorgen, bij het tergend geluid van ontwaken beloofde ik mezelf een middag van slapen. Ik zag op tegen dat wat komen zou. Waar moest ik de energie gaan halen? Gelukkig een korte dag. Slechts 3 lessen. Slechts 2,5 uur. Slechts 87 leerlingen met bijhorende namen. Slechts 17 collegae. Vandaag zelfs maar 1 methode.  Ik beloofde mezelf “Het is zo voorbij. Dat bed met die kussens is straks helemaal voor mij.”

Dan komen ze binnen, zie je die gezichten, net zo vermoeid om aan deze dag te beginnen. Ik las het in hun ogen:  de moeite met deze zoektocht naar routine, het lastige wennen aan het hernieuwde ritme, het moeilijk accepteren van datzelfde stramien.  Ik kon het niet laten, boorde alle restjes aan. Ook vanmorgen ging ik er vol tegenaan. “Moeite met dit? Ik help je even.” “Hoofdpijn, laat me je een glas water geven.” “Die leraar heeft de pik op jou, leg me uit, hoe kan dat nou?”  De bel klonk maar ik ging door. Een kopietje hier, een mailtje daar, nog even een luisterend oor. Intussen waren ruim 5 uur voorbij gevlogen. Verbazingwekkend. Ben ik misschien bevlogen?

 

Een dag als geen ander en toch hetzelfde stramien. Alles is anders, niets is veranderd. Het nieuwe wordt oud, het oude vertrouwd. Het is maar dat ik van het onderwijs houd.

zucht – onderwijs – wat is van belang?

leraarEr zo één collega die me altijd belachelijk maakt. Mij of mijn vak, dat is hem om het even. Elke keer weer heeft hij wel een denigrerende opmerking. “Ach, het is godsdienst maar.” “Tja, wat moet je met zo een vak.” “Alsof jouw vak van betekenis is.” “Nee, jij stelt veel voor.”  … Hij weet het iedere keer zo te brengen dat het zogenaamd grappig is en als je er wat van zegt heb je geen humor.

Laatst maakte hij weer een brute opmerking – zo bruut dat de enige collega die het hoorde zich verslikte, de wenkbrauwen omhoog trok, “Sooooo” riep, het hoofd iets knikte en me een veel betekenende blik vol medeleven gaf. Á la minute diende ik hem met een poeslief lachje van repliek “Tja en dit is waarom ze jouw contract niet verlengen en het mijne wel.” BAM – Ik wachtte zijn reactie niet af, draaide me om en liep naar mijn lokaal. Achter me hoorde ik de meelevende collega in de lach schieten maar verder bleef het opvallend stil. Mijn vak zo inferieur behandelen… tsss.

 

Soms …

Vanmorgen extra vroeg begonnen om met mn sectiecollega alvast de nodige voorbereidingen voor het volgende jaar te inventariseren. Eindelijk heb ik een collega die net zo enthousiast en vooruitstrevend over het vak denkt. Wilde ideeën als een kloosterweekend, reli-bootcamp en christo-kunstproject passeerden de revue. Natuurlijk moet de directie ook nog zijn zegje doen maar sommige ideetjes zijn best haalbaar, betaalbaar, vakoverstijgend, leuk én leerzaam.  Zo aan het eind van het schooljaar – uitgeblust als een docent dan is – werden we steeds enthousiaster over het komende seizoen.

Mijn enthousiasme werd echter snel de grond in geboord toen ik van de ene naar de andere locatie pendelde. 5 uur lang kreeg ik het ene na het andere probleem over me heen: een dikke mail van ouders (het ging niet over mij maar ik kon er alsnog niets mee), leerlingen die me in de auto al aan het whappen waren wanneer ik tijd had voor ze, een klas die in grootse ontsteltenis mij het allerergste falen van een veel te lieve collega presenteert als een storm in een glas water, een hysterisch huilende dame omdat haar verkering het heeft uitgemaakt, een groep luidruchtig roddelende leerlingen over die dame, een andere leerlinge die er voor de tweede keer uitgestuurd was – natuurlijk volkomen onterecht- en furieus en gefrustreerd haar gelijk bij mij probeerde te halen, de veel te lieve collega die met tranen bij me kwam…

Als ouders bij me in de klas hadden gezeten had mijn vak ze kunnen leren dat veroordeling meestal niet op zijn plek is. Maarja dat ‘kan’ niet en dus maar een überkorte reactie geschreven in de hoop dat hun kind beseft dat ik naar die lessen verwijs. Dat die ene jongen zich prettig genoeg voelde om mij te whappen en om een gesprek vroeg komt niet in het minst door hoe mijn vak je aan het denken kan zetten. We hebben er rustig over gepraat, en ik kon hem verwijzen naar de les over inzicht in jezelf en groepsprocessen en aan het eind van de middagpauze kon hij ietsie wijzer weer verder. De hysterische klas gaf ik in de pauze erna op zijn flikker en verwees ik naar de lessen over respect, groepsdruk en intrinsieke motivatie. Het was niet wat ze hadden verwacht maar ze gaven me wel schoorvoetend gelijk. De gefrustreerde, huilende leerlinge heb ik getroost, gewezen op eigenwaarde en op het ‘geloven in jezelf’. De roddelaars hield ik een spiegel voor en dropen min of meer beschaamd af en voor de veel te lieve collega stapte ik een half uur uit de klas om even naar haar verhaal te luisteren. Met een half oog de orde achter de deur in de gaten houdend probeerde ik haar te bemoedigen en te vertellen hoe ik het heb aangepakt.  Na mijn laatste les nog een uur met een leerling zitten praten die haar verhaal kwijt moest en ook haar weer gewezen op de lessen over kernkwaliteiten, valkuilen en uitdagingen.

Tussendoor had ik natuurlijk ook nog les, met dyslectische leerlingen, adhd-ers, PDD-ers, Aspergers en natuurlijk ook heel veel hormonale pubers. Cijfers dienden gecheckt, vragen beantwoord, orde houdend, hoofdstukken afgerond, planning voor de toetsweek uitdelend, klassenuitje geregeld, sectie-etentje gepland … en ik werk op donderdag in principe maar een halve dag…

 

Bekaf, gesloopt en met een kloppend hoofd kwam ik thuis. Als er nu nog iemand is die durft te beweren dat mijn vak niet van belang is …

 

 

bron foto

 

Omhoog ↑