Vanmiddag in het zonnetje bedacht ik dat ‘op vakantie gaan’ met ons gezinnetje haast ‘levensnoodzakelijk’ is. Nee, we zullen er niet letterlijk aan sterven wanneer we er niet op uit kunnen trekken… maar met enige regelmaat hebben we het gewoon nodig ‘er uit’ te zijn. …
Hoe ik hierop kwam? Nou, ik zat in de Bijbel te lezen. Dat verklaart alles hé!:) haha. Het zal vast een goddelijke openbaring geweest zijn. Dus hup! Boeken die handel 🙂 Zie je wel dat we Gods stem goed verstonden toen we onze reis naar Florida boekten 🙂 Nee, even zonder gein.
Voor mijn preek van 15 april as.(Cama Almere) zat ik me te bezinnen over de eerste Petrusbrief. Nu moet ik eerlijk bekennen dat 1 Petrus 2:9 en 10 al sinds jaar en dag mijn favo tekstgedeelte uit de schrift is, maar het lijkt wel of ik er nu met andere, nieuwe ogen naar kijk. Hoofdstuk 2 kan je natuurlijk niet loskoppelen van het hoofdstuk ervoor en dus begon ik bij het begin… En steeds meer treft het me dat Petrus het niet tegen heel veel individuen heeft (bijvoorbeeld tegen jou of mij als persoon) maar tegen 1 grote groep van mensen; de kinderen van God. Als volk. Als 1 familie. Als 1 gezin.
Petrus leert ons (heel beknopt gezegd) dat God ons uitkoos – dat de Heilige Geest in ons een proces startte waardoor we een leven als Jezus (navolging) gingen nastreven. Individuele, persoonlijke, levensheiliging is noodzakelijk. Maar Petrus gaat verder. Hij laat weten dat levensheiliging ook iets collectief is. We moeten zijn als kinderen die naar hun vader luisteren. Respect voor God is hierin van groot belang! En gehoorzaamheid aan God resulteert in liefde voor je broeders en zusters in geloof…
Als ik terugredeneer: wanneer je je dus flink boos maakt op elkaar – onderlinge bonje hebt – de kerk uitstapt of wath ever omdat je (op dat moment of langer) geen liefde voor elkaar kan opbrengen … Dan heb je dus geen respect voor God??
Onderlinge ruzie als kinderen… die gedachte bracht me bij mijn kids. Zo geweldig christelijk opgevoed als ze zijn hebben ze natuurlijk NOOOOIT ruzie, het zijn ALTIJD schatjes – ahum in mijn dromen – … Maar het is wel zoals Petrus het zegt: Een kind wat je een hele mooie belofte voorhoudt, gedraagt zich bewust beter… Hoevaak krijgt een gemiddeld kind te horen ‘als je heel lief bent, dan krijg je een ijsje.’ Dit geldt ook voor onze jongens. Tegen de tijd dat Sinterklaas moet komen hebben we een heel duidelijk dreigement bij ruzie’s – zelfs nu ze al jaren niet meer geloven in die ‘Heiligman’. En het werkte! Iedere keer weer! Of wanneer ze bijna jarig zijn … Zo mogen wij als kinderen van de Vader ons onze beloning voorhouden wanneer het ons nogal zwaar valt…
Nu is het zo dat onze kids hun papa met regelmaat moeten ‘missen’. ‘Missen’ is dan een mooi woord voor ‘afstaan aan de kerk’. En op één of andere manier merk ik dat wanneer de periode van gemis te intens of te langdurig wordt, ze meer moeite met elkaar hebben. Wij als ouders, hameren iedere keer op hun ‘broers’ zijn. Ik kan het ook wel zeggen, maarja, de impact halveert zonder Jurgen. Dit is dan ook de reden dat we graag ‘vaak’ met elkaar erop uit trekken. Onze eerste reis naar Amerika was een giga-oppepper wat betreft de gezinsverhoudingen. Samen reizen, samen slapen, samen eten, samen lopen, samen samen alles samen. En vooral samen God ontmoeten. Ik denk dat het beter tussen onze jongens ging omdat ze ieder van ons ook zo intens en vol liefde met ze zagen omgaan. Dit maakte dat het voor hun steeds makkelijker werd naar elkaar te kijken door onze ogen.
Dat is nou precies wat Petrus bedoelt. Wanneer we ons -de beloning van de redding voorhouden, wanneer we veel intens contact met God, onze Vader, hebben, dan leren we elkaar steeds meer zien door Zijn ogen. Onderlinge liefde is dan onderhevig aan onze relatie met de Vader. Niet als individu, maar samen. Door samen Hem te ontmoeten (niet als vele individuen in 1 zaal, maar als een hechte gemeenschap die betrokken is met elkaar)!, door samen met Hem te wandelen, door samen tijd te spenderen met de Almachtige leren we elkaar meer liefhebben.
Als het geloof als iets individueel bedoeld was, dan had God nooit een volk gekozen. Dan had hij jou en mij uitgekozen als een koninklijke priester in plaats van een koninklijk priesterschap. Dan had hij ons niet uitgekozen als natie (1 pet 2:9) …
Geloven is niet iets louter persoonlijks. Het is iets collectief.
Misschien is het tijd om als kerk op ‘vakantie’ te gaan?