Oslo in beweging

“Zoon, kijk uit dat je niet valt!” Glimlachend kijkt hij even om terwijl hij en zijn schoenen knerpend en schuivend drie meter doorglijden.

We zijn in Oslo. Gister, na een fantastisch heerlijke bootreis, reden we uitgerust, ontspannen en flink verkleurd de wal weer op. De stad is op dit moment een puinbak van wegwerkzaamheden maar na wat zoekend heen en weer gerij kwamen we aan op de stadscamping.
Bovenaan staan alle camperaars en caravanhouders hutje mutje op elkaar. Wij kozen een plekje achteraan op het achterste tentenveld. Met een zonnepaneel op je dak heb je geen stroom nodig en op dit moment levert ons dat behalve groene energie ook een prachtig groen uitzicht.

De kids hadden gister in een mum van tijd hun tentjes geïnstalleerd en terwijl ik me waagde aan de bereiding van een frisse salade met aardappelpuree en ’n biefstukje snuffelde manlief in allerlei folders en boekjes naar leuke activiteiten hier in de buurt.

De zon brandt aan een strakblauwe lucht. De thermometer belooft ons dat het een tropische dag wordt, een rugzak is gevuld met het nodige aan vocht en bungelt aan zoon 1 zijn schouders.

Een paar meter naast onze caravan begint een slingerend bospad wat via een wirwar aan andere paadjes ergens beneden aan de berg zou moeten uitkomen in een straatje wat je zo naar hartje centrum leidt.

Op sommige stukken loopt het flink stijl af. Uiteraard loop ik op slippers (daar loop ik echt – eerlijk waar – het beste op!) dus doe ik sommige stukjes voetje voor voetje, me dankbaar vasthoudend aan het hekje wat ons van een afgrond scheidt.
Intussen loopt zoon 1 ruimschoots de dubbele afstand; heen en weer, op en neer, springend, huppelend, glijdend en alles nog een keer. Wat een energie… De eerste straaltjes glijden al langs m’n ruggegraat. Warm!

Na de zoveelste, meters afdalende glijpartij over het met grint bestrooide pad, herhaal ik zuchtend mijn waarschuwing “Lieve schat, als ik iets heel erg vind dan is het wel dat jij pijn hebt… Als jij hier valt kan je je flink bezeren, dat wil ik liever niet. Elke keer dat jij zo springt en doorglijdt staat mn hart ff stil.”

Manlief bekrachtigd mijn argumentatie op iets minder genuanceerde wijze : “Nou, niet om 1 of ander, maar als jij valt dan hang je de hele klim terug de stervende zwaan uit, daar heb ik niet zo een zin in.”

Zoon draait zich ondeugend glimlachend naar me om met een blik in zijn pretogen… zo een blik waarvan je weet dat hij iets gaat zeggen waar je niks tegenin kan brengen. Zo een blik waar de wijsheid en humor tegelijk van afspatten. En op een fluisterende, haast belerende toon antwoord hij: “Tja, maar als ik val, kan ik er wel gelijk iets van leren.”

(Noot: vakantieblogs zijn altijd -veel- later gepost dan dat ze geschreven worden. Ondanks oplettende buren, een zorgzame huis-oppas en een logeergrage broer met wolfshond, waak ik ervoor dat ik potentiële dieven een gemakkelijke buit toespeel 😇)

Gezapige opwekking eenheidsworst

Er moet me iets van het hart. Ik heb stevig geaarzeld om mijn kritiek te vangen in een blog maar ik doe het toch. Fred de Vries durft het ook (voorzichtig) in zijn column op CIP.nl Het is dus zijn schuld dat ik de moed vat.

Die opwekkingsliedjes … hoe zeg ik het voorzichtig. Kan ik het voorzichtig zeggen? Tijdens de conferentie in Orlando kregen we échte muziek voorgeschoteld, en toen schreef ik het al in mijn notebook: “Opwekkingmuziek: afgelebberde, verbruikte ijsjes” – nee, ik ga niet helemaal eerlijk zijn, want wat ik echt schreef was nog tactlozer… (bijna *schaam* maar nét niet :P)

Sinds mijn Burn Out zing ik niet meer. Ik kan het niet. Echt niet. Ik kan het gewoon niet opbrengen. Ik heb er de adem niet meer voor. En terwijl ik dit schrijf ben ik me ineens zeer bewust van de dubbele betekenis die ‘adem’ in de Bijbel heeft. Ik ben al blij dat de fase van ‘muziek verafschuwen’ een gepasseerd station is en dat ik voorzichtig, soms een enkel nummer kan waarderen en in mijn hoofd mee neurie. Ook sommige christelijke nummers kan ik (weer) waarderen. Maar van genieten van de nieuwe opwekkingsnummers is geen sprake. Een enkele, zeldzame, keer raakt een heel oud nummer me nog maar die nieuwe … Op bruiloften gruwelijk ik al van abc-tjes – brr

Ik vind het allemaal meer van hetzelfde. Dezelfde ritmes, dezelfde intervallen, op dezelfde momenten toontje omhoog of toontje omlaag om van de teksten maar te zwijgen. Wanneer de inhoud niet happy clappy is (waar ik me VRESELIJK aan storen kan) en de bijbelse inhoud een keer wél eer aan doet (Ok – overdreven maar eerlijk is eerlijk: inhoudelijk klopt er soms geen jandoedel van. Of ook daarin is eea weer meer van hetzelfde: zie hiervoor ook de mening van Brian McLaren.) dan is de boel … tja … weer meer van hetzelfde.

Waar is de afwisseling in stijl? Waar is de Jazz, de Soul (letterlijk?), de Country, R&B, Hip hop, whatever?
En waar is de afwisseling tijdens de diensten? Hoe willen we op zondag AL die doelgroepen (mij) aanspreken als we het bij deze gezapige contemporary music houden?

Waar is het jong talent wat ALLE ruimte krijgt (en niet alleen dat wat ‘men’ binnen de dienst vindt passen) om op de drum te meppen, om te rappen, gek te doen, fouten te maken, indruk achter te laten? Waarom plakken we hen ook in dat keurslijf van eenheidsworst?

tJA – Misschien moet ik de vraag omdraaien of is het mogelijk geen vraag maar gewoon een intens opstandig gevoel diep in mij wat niet langer in dat keurslijf wil meelopen? Mmm, ik denk dat het antwoord vast ergens in het midden ligt (maar stiekem vind ik de nieuwe opwekkingsnummers flut.)

christelijke muziek

Jij lijkt op Mij

Laat t duidelijk zijn; wanneer ik schrijf over wat ik voel of wat me overkomt is dat niet vanuit verwijt naar anderen (ik heb n disclaimer – lees die vooral- maar tis maar dat je t weet) …
Lees in mijn blogs dus vooral geen wijzende vinger naar anderen maar lees iemand die nadenkt over zichzelf en de wereld…

Op Facebook circuleert op dit moment een soort van test waarmee je kan uitvogelen op welk bijbels persoon je t meest lijkt. Ik dacht ‘m ff snel in te vullen maar vond de vragen nogal een behoorlijke uitdaging. “Wat is het meest van toepassing voor jou?” En dan krijg je vier positieve karaktereigenschappen te lezen- “euh- geeneen?” – manlief kon zelfs moeilijk bedenken welke t beste ingevuld kon worden. “Waarover vallen de roddelaars bij je?” … En weer een onmogelijke keuze … Alles valt wel in te vullen en wederom, in discussie, met echtgenoot blijft de keuze lastig…

Elk antwoord is afhankelijk van de vraag met ‘wie’ of in ‘welke situatie’ je eea ziet. Alsof ik een kameleon ben die mn eigen kleur niet meer laat zien.
Eigenlijk ben ik heel outspoken, open, eerlijk, praat ik gemakkelijk… Maar de ‘gebrokenheid’ waar ik het in mn vorige blog over had maakt dat ik tegenwoordig mn mening voor me hou. Ik slik en stik nog liever dan dat ik een discussie ontketen, dan dat ik face to face laat zien wat ik denk of voel. Puur omdat ik geen vertrouwen meer heb. Niet in mezelf en (vooral) niet meer in de ander. Nee, dit is geen verwijt aan iemands adres, noch is het een jammerklacht. Ik benoem gewoon n feit.

1 van de vragen uit de test ging over mn principes. Die heb ik altijd vrij stellig gehad en ik hield me altijd aan de hoge normen die ik waardevol vond. Nu heb ik ze overboord gegooid en pas ik ze aan al naargelang de situatie… Lijkt makkelijk maar t voelt onrustig. Wederom geen jammerklacht maar een constatering.

Uit de test bleek dat ik t meest op Paulus leek. En voor wie dat een compliment lijkt: ik weet niet eens of ik alle vragen wel goed genoeg heb ingevuld maar zelfs dan nog: Paulus was n opvliegend en wisselvallig type. Hij kon voor een Jood een Jood zijn en voor de Griek een Griek: omwille van t evangelie… Ik ben ook dan sus en dan zo maar ik denk eerder voor mn eigen veilige gevoel dan voor t evangelie.
Geruststellend is dat Paulus zijn bediening begon met behoorlijke inschattingsfouten, dat lang niet iedereen hem waardeerde voor zijn outspoken gedrag ondanks de waarheid in zijn boodschap, dat ook hij de stenen van veroordeling te vreten kreeg…
Maar zelfs als de test klopt en ik het als een compliment mag opvatten dat ik het meest op Paulus lijk… Dan nog had ik liever gehad dat de test schreeuwde “Jij mijn kind, lijkt op Mij” …

Pasen ‘overslaan’ …

Pasen is weer achter de rug. Ik heb het overleefd zonder enig ei van chocola in huis te halen. Op facebook zag ik dat er weer de nodige capriolen werden uitgehaald om de meest geweldige brunches en lunches op tafel te zetten. En anderen hadden daar weer commentaar op: “Pasen draait niet om lekker eten…”.  Hetzelfde ritueel als met Kerst herhaalde zich – foto’s van eten, eten en nog eens eten en dan weer veroordelende updates daarover. Ondertussen eet iedereen zijn buik vol, ongeacht de foto’s.

Voor wie denkt dat die eieren met Pasen een louter heidens ritueel zijn, die heeft het mis. Ons woord Pasen komt van het Joodse Pesach. Een wezenlijk onderdeel van dit gebeuren is de Seidermaaltijd. 1 van de belangrijke – niet te missen- onderdelen van deze maaltijd is het gekookte én gebakken ei. Dit ei staat symbool voor de kwetsbaarheid van het leven.  Is dat ook niet wat we ons in gedachten mogen nemen met deze feestdag? Dat ons leven een fragiele status heeft? Dat het zo voorbij kan zijn? En dat we juist daarom dankbaar mogen zijn met het offer van Jezus omdat Hij ons eeuwig leven geeft?

 

Niet dat ‘onze’ eieren van dit ritueel afkomstig zijn hoor – dat heeft te maken met de Germaanse godin Ostada die ooit een vogel (sommigen zeggen een kip) veranderde in een haas. Die haas mocht dan nog 1 keer per jaar de vogel uithangen om eieren te leggen. Die werden dan uiteraard verstopt omdat ze zo zeldzaam waren. Vandaar het verstoppen der eieren. Sommigen zeggen dat het een straf van Ostada was, anderen beweren dat de vogel juist van de vrieskou gered werd door deze transformatie. … En is dat ook niet iets wat voor de kruisiging telt? Sommigen die het als straf zien – anderen die zeggen dat het met redding te maken heeft?

 

Pasen, of welke feestdag dan ook heeft altijd 2 kanten. Ieder kiest ‘zijn’ zijde. Voor mij gelden beide kanten van de munt. Ik geloof in Jezus’ reddende offer en ben daar dankbaar voor en tegelijk ben ik dolblij dat deze dagen voorbij zijn. Wat een gedoe. Al dat eten is aan ons gezin voorbij gegaan. Niks geen eieren, noch dubbeldooiers, niks chocolade of matses met suiker … Voor ons gezin zijn de feestdagen altijd een drukke bedoening omdat manlief juist dan meer weg is, druk is en als gezin ga je automatisch in die drukte mee. Welke feestdag dan ook – hoe mooi de achterliggende gedachte ook mag zijn – geef mij maar het gewone huis, tuin en keuken leventje. Geen gedoe met opgedirkt naar de kerk moeten, met een fake-smile opzetten, vrolijk doen terwijl je dat eigenlijk helemaal niet bent. 

Pasen komt van het Joodse Pesach. Het betekent ‘overslaan’. Omdat het kwaad (dood) de Joden in Egypte oversloeg. Pasen heeft ook te maken met jezelf mogen zijn. Door Jezus offer en opstanding mogen we – zoals we zijn – zonder schroom de Almachtige naderen. Iets wat ik (juist) in de kerk niet (altijd) ervaar. Een dubbele boodschap dus.  Mijn hoop (als ik die al heb) is dat de kerk ooit écht een plek zal zijn waar het ‘Pasen’ is, waar je ongeacht je tekortkomingen welkom bent en waar het veroordelende je overslaat.  Tot die tijd sla ik Pasen stiekem liever over…

 

14

Onze jongste telg is vandaag alweer 14 geworden. Op onderstaande foto is hij een jaar of 8, zoon 2 is er 10 en de nichtjes een jaar of 7… Wat gaat de tijd snel. Onze natuurkundige, sociale, nieuwsgierige en hoogst volhardende (lees: eigenwijze) puber groeit veel te snel op.  In veel dingen zie ik mezelf terug: het faalangstige, het creatieve, zijn type humor, … het ‘gezien’ willen zijn. Maar ook manlief ontbreekt niet in zijn genen en niet alleen op uiterlijk vlak: hij kan net zo lui relaxed zijn, wil altijd dingen onderzoeken en ontdekken, het berekenen van mogelijkheden, zijn vermogen om mensen dáár te krijgen waar die ze hebben wil …

 

Anyway – nu is die alweer 14 … over een jaar of 4 / 5 gaat ie mogelijk studeren – laten we hopen in Den Haag of Delft en dat ie dan nog thuis wil blijven wonen … Want voor nu ben ik er nog echt niet aan toe dat ie het huis uitgaat. Wie moet ik dan om kledingadvies vragen? Wie krult anders ’s avonds nog ff lekker tegen me aan op de bank? Maar misschien dat ik er vanaaf anders over denk … de eerste jongens druppelen al binnen. 30 frikadellen, en evenveel broodjes, 6 grote zakken chips, 2 popcorn, 2 borrelnootjes en 15 liter frisdrank staat klaar … Laptops worden uitgepakt en uitgestald, muziek op speakers aangesloten, drinken geknoeid … De gameparty kan beginnen, ik verdwijn naar de keuken achtergrond en geniet van al dat jonge grut wat als een stel pups zit te stuiteren.

 

sara mobiel sept 2009 073

Sterven is pure winst – tattoo

Waarom een tattoo? Wat bezielt mensen om hun lijf voor eeuwig te laten beschrijven of inkleuren?

Nou, wat anderen beweegt weet ik niet maar voor mezelf is het het tastbaar, lijfelijk, maken van dat wat ik diep van binnen ervaar. Als een soort van zelfexpressie, een manier om me te uiten maar ook als een continue reminder.

Ik wilde het al járen. Een tekst op mijn pols. Een tekst die de kern van mijn (onzichtbare) verdriet, lijden, geloof én hoop vatte. Een tekst die zich al sinds mijn doop (ruim 20 jaar geleden) in mn hart had genesteld.
Het is een zin uit de bijbel waar maar weinig christenen echt voeling bij hebben. Tenminste, ik ben nog maar 1 iemand tegengekomen die het precies zoals ik ervaarde.

“Want voor mij is leven Christus en sterven winst”

Filipenzen 1:21

Paulus heeft t niet gemakkelijk. Hij zit in de gevangenis. Hij kan niet doen wat hij wil en ziet dat er onder de christenen ook nog eens onoprechte motieven spelen… Het vooruitzicht van wat hem (lijfelijk) zou kunnen worden aangedaan is niet mals. Aardse hoop is er niet echt… Maar dan zegt hij dat dit allemaal niet uitmaakt. Als Christus maar geëerd wordt. En het maakt hem niet uit of hij tot de dood veroordeeld wordt of niet. Eigenlijk verlangt hij er- egoïstisch gezien- wel naar om te sterven omdat dan alle lijden voorbij is en hij dan eindelijk bij zijn Heer kan zijn, aan de andere kant ziet hij ook wel dat hij qua geloof nog eea zou kunnen betekenen voor de mensen om hem heen.
Het leven is Christus en het sterven pure winst…

Al heb ik nooit letterlijk in de gevangenis gezeten, emotioneel wel. Ik weet wat onmacht, verdriet en pijn met je kan doen. Ik begrijp Paulus’ zijn frustratie als het gaat om de onoprechte motieven van (zogenaamde) christenen. En ik relateer helemaal aan dat gevoel van ‘sterven is pure winst’.

Het is niet zo dat Paulus (of ik) ondankbaar is, wanhoopt of zwartgallig depressief is waardoor hij het sterven als iets positief zou ervaren. Integendeel. Hij is dankbaar voor dat wat hij wel heeft! Dat lees je duidelijk aan het begin van deze brief. Hij ziet absoluut ook de mooie dingen van het leven. Maar de zekerheid dat het leven hierna béter en mooier is… De wetenschap dat je dan bij God bent en geen verdriet, lijden of onrecht meer ervaart is buitengewoon aantrekkelijk. Niet dat hij ‘het lot’ een handje zou helpen- nee, het is aan God om dat te beslissen. Maar Paulus heeft het -midden in zware omstandigheden- over een bijzondere win-win situatie.

Voor mij is dat ‘sterven is winst’ iets wat me roert tot diep in mn ziel – en ooit ontvang ik deze pure winst: een hoop en verlangen wat me door alle donkere momenten heen doet volhouden. En ondertussen ben ik dankbaar voor dat wat ik wel heb en dat wat wel mooi is in mijn leven.

Anyway, het was een droom die uitkwam om dit stukje tekst op mn arm te laten tattoeëren. Om me te herinneren dat ik uiteindelijk – in the end- de winst binnenhaal.

20140111-162539.jpg

20140111-162554.jpg

adhd- autisme – psychisch flauwe kul ?!

Ik word er een beetje ziek van – van die zogenaamde nieuwsberichten over dat ADHD-ers aanstellers zijn of dat het allemaal overtrokken is, of … en dan die goedkope reacties onder dat soort berichten.

ADHD_neuroscienceNu weer een facebookbericht wat de rondte doet; over hoe ‘de uitvinder’ van adhd op zijn sterfbed uitroept dat het een verzonnen ziekte is. Behalve dat het in dit zogenaamde bericht helemaal niet gaat over ‘de uitvinder’ wordt adhd er op 1 lijn gezet met psychiatrische aandoeningen als borderline, PTSS of klassiek autisme en dat geen van deze ‘aandoeningen’ ooit wetenschappelijk bewezen zouden zijn.

… zucht …

Ja, ik geloof dat teveel kinderen een stempel krijgen. En ja, ik geloof dat ons bekrompen onderwijssysteem er niet tegen kan wanneer er kinderen zijn die niet binnen de lijntjes lopen en dus maar een sticker of een pil moeten krijgen. En ja, ik geloof dat er op dit vlak financieel een uitbuitende slag geslagen wordt.  Maar het gaat VEEL te ver om te stellen dat psychiatrische aandoeningen onzin zijn en slechts verzonnen om de farmaceutische industrie een financiële boost te geven. Wat doe je veel mensen tekort door dit te stellen!

Bedenk dat merendeel van dit soor onzin haar oorsprong in Amerika vindt en dat daar – nog meer dan hier- kids veel te snel een zogenaamde diagnose krijgen zonder ook maar enig gedegen onderzoek. Pillen worden er uitgedeeld alsof het snoepjes zijn en dokters liften mee op het succes van de farmacie (Waardoor er dus nog makkelijker voorgeschreven wordt.). Om de situatie daar dan middels zo een artikel op onze omstandigheden hier in NL te plakken is uiterst onzorgvuldig, eigenlijk gewoon ronduit dom.

Wanneer je op het artikel klikt lees je dat de betreffende nieuwsbrenger het bericht blindelings gekopieerd heeft van een andere site … ahealtylive.nl  een site over ‘gezonder leven’ met allerlei alternatieve tips en trucs. Nu ben ik 100% pro gezond leven en gooi ik qua alternatieve geneeswijzen het kind liever niet met het badwater weg, maar er is weinig medisch of wetenschappelijks aan deze site. Sterker nog, ze beweren- ondanks hun publicatie van dit artikel-  dat ze wél geloven dat adhd bestaat en enpassant gebruiken ze het als een opstapje om zichzelf te promoten met een waslijst aan alternatieven voor medicijnen als ritalin…  alternatieven die zij uiteraard kunnen bieden.  Het artikel zelf hebben ze van een vergelijkbare alternatieve gezondheidsfreak uit Amerika.

Onze zoon heeft Pdd-nos ‘met’ adhd  – het heeft 2, bijna 3 jaar geduurd voor men tot deze conclusie kwam en er waren heel wat onderzoeken voor nodig. We hebben er als ouders heel erg lang voor gevochten om hem géén medicatie te geven. We hebben visolie / omega 3, diverse voedingssupplementen en héél wat therapiën geprobeerd – inclusief oudertherapie (wat ik overigens elke ouder aanraad!) – uiteindelijk zwichtten we toch voor medicatie. Ook binnen de ‘westerse’ medicatiemolen was het een hele zoektocht naar iets waarbij hij geen last had van bijwerkingen. Maar hij moet het nu eenmaal doen met deze maatschappij en wordt gedwongen binnen bepaalde lijntjes te lopen … Soms ‘moet’ je wel … Ik vind het dan ook ronduit beledigend wanneer mensen laatdunkend doen over adhd-ers, autisten of andere psychische ‘aandoeningen’.  Of het allemaal op de hoop van ‘overtrokken’ of ‘onzin’ of  ‘aanstellerij’ gooien … Je zal het maar hebben!

ELK kind of elke volwassene met iets ‘psychisch’ verdient het om in zijn waarde gelaten te worden. En wanneer ze niet binnen de lijntjes lopen: misschien ligt het ook wel eens aan de gestelde grenzen ipv aan van hun …

.. en nu maar hopen dat dit verhaal net zo veel (of meer) de rondte doet als het fakebericht …

woorden, hel hemel en christenen

Image

Gister zag ik – ergens op Pinterest of Facebook – de uitspraak ‘Dan is daar het moment dat je even ‘denkt’ en de pijn in alle hevigheid weer aanwezig is.’

 

Heb jij het al meegemaakt? Dat iemand je door en door gekwetst heeft? Zo gekwetst dat je dacht terplekke te willen neervallen om nooit meer op te staan? Het gevoel zo door en door vernederd en afgewezen te worden dat zelfs de diepste afgrond je niet diep genoeg is?

Nou, ik wel. Meerdere malen. En helaas word je het meest gekwetst door de mensen die je lief zijn. Door mensen in wie je je vertrouwen hebt gesteld. Door mensen van wie je dacht dat ze je zoiets nooit of te nimmer zouden flikken. Door mensen die je – na lang twijfelen – toch binnenliet in je hart…

‘Jij bent een nul voor de maatschappij’ … dat was de eerste … ik denk niet dat ik 10 jaar was, maar de woorden zijn blijven hangen. Ik ben ze nooit vergeten – hoeveel mooie dingen er daarna ook gezegd zijn – dit is wat keer op keer blijft nagalmen…

‘Je bent niet heilig genoeg’ … heel wat jaren later maar ook deze stem klinkt dreunend na. Al heb ik de persoon al in geen jaren gezien – ik hoor het haar nog zeggen…

 

Of wat dacht je van een brief waarin  uitgelegd werd waarom het geen zonde zou zijn dat Jur van me zou scheiden -omdat ‘ik’ het was… Of een brief waarin ik als ‘duivels’ word omschreven …

‘Jij bent niet nodig’ …niet dat ik nou zo een giga band had met de dame in kwestie maar na me al een aantal jaar trouw te hebben ingezet, mijn baan deels te hebben opgezet om meer te kunnen dienen … ik kan je zeggen – dan komt dit heel hard aan.

 

En dit zijn nog maar een paar van de vele woorden …allemaal gesproken door zogenaamde christenen die de hemel zouden moeten verkondigen in plaats van de hel.

 

En dan zegt gister iemand ‘Ik hou van je’. Iemand waarvan ik zie dat ze het oprecht bedoelt, maar ik geloof het niet. Het enige wat ik kan bedenken is ‘Je kent me niet – hoe kan je van me houden? We hebben nooit koffie gedronken met elkaar – nooit van hart tot hart met elkaar gesproken – hoe kan je zoiets zeggen, je ziet me alleen op zondag…’ 

En tja, dan reageer ik (soms) afstandelijk. Ik heb al geleerd om ‘dank je wel’ te zeggen in plaats van de discussie aan te gaan of in plaats van een bitchie opmerking. Maar geloven?

Wees gerust, ik zie de geste wel… ik kan (weer) waarderen dat iemand iets liefs probeert te zeggen of te doen. Maar op momenten dat er iets gebeurt waardoor alle pijn zich even weer in alle hevigheid aandient – dan smelten goede woorden als sneeuw voor de zon en klinkt de hel luider dan de hemel.

 

 

Statistiekjes sinds 2007 – …

21 februari 2007 is de dag waarop ik begon met een weblog. Ik heb geen idee waarom… maar ik begon met schrijven. Toen nog www.saralindenhols.web-log.nl – ik heb net wat oude blogs zitten herlezen. Grappig te zien hoe anders ik nu soms schrijf. Na heel wat gereorganiseer op die eerste site waardoor ik maanden niet kon bloggen, was ik het ongemak en het wachten beu en stapte ik over op wordpress.  Onze Amerikareis twee jaar geleden blogde ik via een travelsite die jur had opgesnord, en tussendoor heb ik voor sestra.nl ook nog een poosje boekenblogs en binnenkamers geschreven… Alles bij elkaar blog ik nu ruim 5 jaar. Met een zeer wisselend publiek mag ik wel zeggen. Nou ja – helemaal zeker weten doe ik het niet. Via de statistieken kan ik zien hoeveel luitjes mijn blog bezoeken en uit welk land ze komen.  Zo zie ik soms vlaggetjes van Roemenie, Zwitserland, USA, Frankrijk, Italië, België of … verschijnen – geen idee wie mij daar kent of waarom ze me ‘volgen’ .

De ene dag tel ik een kleine 10 views, de andere dag zijn het er een paar honderd…  De meest bezochte en tegelijk niet-gelezen blog is toch wel die van de doodzonde van cupjes. Slechts een enkeling vroeg en kreeg het wachtwoord om deze blog te lezen :).

Maar wie precies nou eea leest, en wat ze van mijn schrijfsels vinden blijft soms een raadsel. Ik weet (uit de reacties) dat er mensen tussen zitten die me nog nooit in real life hebben gezien of gesproken.  Anderen zijn weer (goede of minder goede) bekenden.  Het ene moment krijg ik een lading aan kritiek over me heen … dan heb ik blijkbaar een gevoelige snaar geraakt – het andere moment hangt er een ijzige stilte en blijven reacties uit. Een enkele keer keeg ik via de raad van de kerk te horen dat ik weer iets fout had geschreven… en soms krijg ik een lieve mail of kaart in de bus omdat iemand één van mijn schrijfsels las.

Het grootste compliment vind ik nog altijd wanneer mijn blog wordt doorgestuurd of ‘gedeeld’ of Facebook of Twitter. Op deze laatste zit ik niet meer dus daar zal het intussen wel afgelopen zijn. Op facebook krijg ik nog het vaakst reacties. Zij het in ‘likes’ of met een korte kreet … Al is het publiek er wel (zo bewijzen de stats) – erg reageerderig kan je ze niet noemen. En laat ik soms nou net een discussie willen 😀

Maar het geeft niet hoor – schrijven doe ik toch wel – een heerlijk medium om mijn stem te laten horen. Niemand die me van dit podium kan afhouden 😀

Omhoog ↑