Photo tutorial: https://youtu.be/Hf9AzyK02Hc
Leah: God selects what man rejects. He chooses the unchosen!
Leah bewijst dat God soms hen verkiest wat de mens liever verliest…
Photo tutorial: https://youtu.be/Hf9AzyK02Hc
Leah: God selects what man rejects. He chooses the unchosen!
Leah bewijst dat God soms hen verkiest wat de mens liever verliest…
(English translation can be downloaded in attached document below)
Bestaat liefde op het eerste zicht?
Als je de liefde niet meer voelt, is dan je relatie voorbij?
Wat is het verschil tussen liefde en verliefdheid? ‘
Dit zijn enkele vragen die ik tijdens mijn lessen Levensbeschouwelijke Vorming bespreek met klas 4 en 5. In dit kader vraag ik ze ook wel wat hun taal van liefde is. Vaak staren ze me dan wazig aan. Want wat zijn liefdestalen? Ik vertel dan over hoe ik, als pasgetrouwde dame, kon zitten wachten op een bloemetje, een lief briefje of een klein aardigheidje van mijn kersverse echtgenoot. Het maakte niet uit wat, als hij me maar iets gaf waaruit zijn liefde bleek. Mijn geduld werd aardig op de proef gesteld want hubby was niet van de kadootjes. Maar het was wel mijn taal. En dus mistte ik dat. Door het boek van Gary Chapman groeide bij mij het besef dat mijn wederhelft zijn taal ‘dienstbaarheid’ is. Hij staat altijd voor me klaar,hij tankt mijn auto nog voor ik het vraag omdat hij weet dat ik walg van de geur van benzine. Hij doet de was, ruimt op … Zijn liefde voor mij blijkt uit al die kleine dingen die hij doet. Dat heb ik moeten leren zien. En die bloemenen, kadootjes … die koop ik meestal zelf wel.
Aan de andere kant: hij heeft mijn liefdestaal van -attenties geven- leren waarderen; 100 briefjes vol liefdesverklaringen verstopte ik ooit in elk boek, elke schoen, in z’n agenda, in z’n koffer,jaszak, auto … hij kwam er in om en zelfs na maanden popte er soms nog een briefje op. Maar hij leerde ook om mij af en toe tegemoet te komen in het geven van een attentie. Een horloge die ik mooi vond maar nooit voor mezelf zou kopen, een flesje wijn, een plak van m’n lievelingschocolade …En ik leerde om hem liefde te tonen door meer dienstbaar te zijn. Onze liefde blijkt uit wat we doen…
Liefde is niet enkel een gevoel. Liefde is een werkwoord. En ieder werktdat uit op zijn persoonlijke wijze. Het is een kunst om de ander zijn taal teverstaan en te leren spreken.
Luister, Israël! De HEERE, onze God, de Heere is één. Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht. (HSV Deut 6:4-5)
Afgelopen januari zijn we gestart met het BJ Bible project. Elke maand overdenken we een ander kernwoord uit het Sjema. We begonnen uiteraard met het woord Sjema (luisteren) en vorige maand had Lucinde het over HEERE (Ik ben). Deze maand staat het woord liefhebben centraal.
AHAVAH: Liefhebben
Wanneer onze liefde alleen een gevoel zou zijn zou elke onenigheid een serieus risico vormen voor de duur van onze relatie. Natuurlijk voel je liefde,hoor je dat te voelen in een echtelijke relatie… maar geloof me … ik heb ook een heel lange periode gehad dat ik die liefde niet kon voelen. Echt niet. Erg lang niet. Maar we gaven niet op. We voelden ons soort van veroordeeld tot elkaar. En ja, dat voelde soms beklemmend of als een straf. En ik had soms afstand nodig. Maar het gevoel kwam terug. En nu is onze liefde een ‘verknocht zijn’ aan elkaar.
Een grote misconceptie is dat liefde vooral een gevoel is. En dat klopt niet. Wanneer Jurgen en ik flink ruzie hebben (gebeurt gelukkig zelden) zegt hij soms middenin de verhitte discussie “Ik hou van je hoor.” en mijn steevaste antwoord is dan “Ik ook van jou, alleen voel ik dat nu niet zo.” Het klinkt misschien bitsig maar dit antwoord stelt hem gerust. Ik bevestig ermee dat we onlosmakelijk verbonden zijn en dat ons gevoel van verwijdering van dat moment, slechts tot dat moment behoort.
Wil dat zeggen dat we het nooit oneens zijn met elkaar? Nee hoor, we zijn bijna zo verschillend als dag en nacht. Hebben we nooit meer ruzie? Nope. Afgelopen week nog (niet zo ernstig – was ook zo weer over). Liefde is een gevoel, maar staat er tegelijk ook helemaal los van.
In dit filmpje van @thebibleproject wordt dit heel mooi uitgelegd.
Ahavah is liefhebben in de meest brede zin. Het is ouderlijke liefde,broederlijke liefde, vriendschappelijke liefde, liefde voor het koningshuis, …
Wanneer in Deuteronomium 7 genoemd wordt dat God van ons houdt wordt er het Hebreeuwse ahavah gebruikt. Omdat God ons liefheeft als een vader. Het is een liefde die verbonden is mijn zijn eeuwige status. Die liefde is dus standvastig, eeuwig en trouw. Dit lezen we ook in Jeremia 31. Zijn liefde is een gevoel wat vergelijkbaar is met de liefde die echtgenoten voor elkaar voelen,de liefde die een papa heeft voor zijn kind. Zijn liefde zit diep. Maar het is niet enkel een gevoel.
God’s liefde is ook een keuze. Een keuze die tot actie aanzet. Wanneer Hij Hosea laat weten hoe het voelt wanneer je partner je bedriegt, of wanneer Hij als ouder ervaart dat zijn kind zich verwijdert, laat Hij weten dat zijn liefhebben niet ophoudt. Hij kiest ervoor om ook dan jou en mij lief te blijven hebben. Zijn liefde is gekoppeld aan zijn eeuwigheid. Liefhebben = gevoel + keuze + actie.
Wanneer Mozes in het Sjema zegt ‘Heb je HEER, je God lief’. Dan roept Mozes op tot deze vorm van liefde.Een liefde die sterke gevoelens oproept maar die ook aanzet tot actie, zelfs wanneer dat gevoel een (lange) poos ontbreekt. Met alles wat ze hebben meegemaakt als slaven en in de woestijn, laat Mozes het volk, en ons weten:
“Luister, laat het goed tot je doordringen, Gehoorzaam de eeuwig aanwezige God. De God die er altijd was, is en zal zijn. En hou actief van Hem, kies altijd voor Hem, ook wanneer je de liefde niet voelt, laat die liefde dan blijken in hoe je doet. …”
Persoonlijkeverdieping
Lees en overdenk deze maand oa. volgende bijbelteksten waarin het woord Ahavahvoorkomt.
Leviticus 19:18, Deuteronomium 7:7-9, Jeremia 31:3, 1 Johannes 4:19, Deuteronomium 4:37
Creatief
Lucinde maakt voor dit project speciale maandpakketjes die je creatief kunnen uitdagen om hetgeen je leert nog beter te verwerken zodat het langer blijft hangen. Ik ga er in ieder geval ook elke maand mee aan de slag in zowel mijn bijbel als mijn journal. Met de code BJBP-MA krijg je korting!
Art / bullet journal: Zoals je ziet heb ik me in mijn mini journal visueel laten inspireren door het filmpje van the bible project. Je hoeft dus zelf geen grote bedenker of artiest te zijn. Ik plakte eerst scrapbook papier opde achtergrond. Met acrylverf schilderde ik de bergen. Met een poscapen en Staedtler fineliner schreef ik de tekst. En ik tekende in de stijl van het filmpje een poppetje op wit papier. Wanneer je meer van het handletteren bent kan je detekst of enkele woorden ook op die manier in je journal verwerken. Dit doe ikin mijn bijbelbullet (zie je later deze maand op social media)
In mijn bijbel maakte gebruik van decoupage papier en tekende ik een leuk hart en boekrol. Van deze laatste 2 zijn leuke diecuts gemaakt die je bij Lucinde kan kopen. Het decoupage papier plakte ik vast met behulp van spuitlijm, maar je kan ook clear gesso of matt medium gebruiken. Het resultaat hiervan laat ik later deze maand zien op mijn Instagram en in de facebookgroep.
We zijn erg benieuwd naar wat jij deze maand middels dit project leert, bedenkt, beleeft en maakt. Deel het vooral in onze Facebookgroep of op instagram. Wees met je creaties en gedachten een inspiratie voor anderen! We gebruiken de hashtags #BJbibleproject en #Bijbeljournalinggroep. Volg ons op Insta of sluit je aan bij de Facebookgroep om, updates en andere creatieve verwerkingen niet te missen! 6 april 2019 vind je de volgende blog op Lucinde haar website!
(Scroll down for English)
Je mond in een grimas… want het lijkt zo onwerkelijk… verdriet omhult je ziel en tranen lijken eindeloos te wellen… been there done that… en dan zegt iemand dat het beter wordt… je gelooft het niet want de opdringerige realiteit is als een bril die de belofte en werelijkheid vertekend… Vertrouw desondanks op Hem. … en allen die je voorgingen (Job, David, Nehemia,Jozef… Jezus ) : het is een wonder maar uit het zaad van verdriet doet God werkelijk vreugde groeien!
#psalm126 #30dagenoogsten
Even when sadness covers your heart and soul; you have to give. Just sow! Joy will sprout and grow!
Job, and Joseph, and David, and many others, had harvests of joy after a sorrowful seedness. Those that sow in the tears of godly sorrow shall reap in the joy of a sealed pardon and a settled peace. Those that sow to the spirit, in this vale of tears, shall of the spirit reap life everlasting, and that will be a joyful harvest. Blessed are those that mourn, for they shall be for ever comforted. (Matt. Henry comentaries) #psalm126
[wpvideo 5mWD3DRb ]
(Nederlandse vertaling onder het Engelse)
BE ANXIOUS FOR NOTHING but in everything by prayer and supplication, with thanksgiving, let your requests be made known to God. (Phl 4:6)
In Hebrew there is a word, lolidog which means “Not to worry.”
That is what the Lord is telling us here, “Not to worry.”
Be anxious for nothing is a command, not an option. To worry makes us the father of the household instead of being a child.
Everything is the proper subject of prayer. There are not some areas of our lives that are of no concern to God.
Prayer is a broader word that means all of our communication with God, but supplication directly asks God to do something.
Many of our prayers go unanswered because we do not ask God for anything. Here God invites us simply to let your requests be made known. He wants to know. God already knows our requests before we pray them; yet He will often wait for our participation before granting that which we request. And often He is granting our deeper longing, the thing we really need more than the thing we ask for… we tend to miss that aspect when we focus on what we want instead of focussing on God himself.
Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God (Fill. 4:6)
Wees niet bezorgd!
In het Hebreeuws is er voor ‘bezorgd zijn’ een bepaald woord: lolidog – wat net zoveel is als een opdracht van God om je niet druk te maken.
Ja, het is een opdracht. Een soort van bevel. Want door je zorgen te maken ga je op de stoel van de ouder (God) zitten in het gezin en niet op de stoel van het kind (we zijn immers Zijn kinderen). En dat is niet de bedoeling.
(Zou jij willen dat je kinderen zich zorgen maken?)
Alles is bespreekbaar in gebed. Werkelijk alles. Er is niets waar God het niet met je over wil hebben. En hoewel ‘bidden’ een relatief algemeen woord is voor het communiceren met God, is ‘smeken’ heel specifiek het bepleiten van iets. Het is het heel duidelijk maken en concreet vragen van iets wat je wil of nodig hebt.
Echter, veel van onze wensen eindigen onvervuld omdat we ze simpelweg niet bij God bekendmaken. Hij wil dat we onze zorgen en wensen actief bij Hem neerleggen. Niet zozeer opdat Hij ze dan 1 voor 1 inwilligen zal… Hij wil onze aandacht, onze woorden inclusief onze emotie. (Vandaar dat smeken) En vaak geeft Hij dan – op Zijn tijd- ons hetgeen we werkelijk nodig hebben ipv datgene wat we letterlijk vragen. Puur omdat Hij ons beter kent dan wijzelf. Maar wanneer we onszelf focussen op datgeen wat we willen hebben in plaats van op Hem zien we nogal eens niet dat Hij ons gebed reeds lang verhoord heeft.
(Scroll down for English translation – please note that English isn’t my native language so translation won’t be perfect.)
De innerlijke worsteling werd angstvallig verstopt. Maar ik zie het in de gespannen trekjes om zijn ogen en kan het niet laten. “Ik zie dat het je wat doet.” De tranen wellen wanneer hij haast fluisterend spreekt: “Maar ik zie alleen de tekortkomingen mevrouw, en dat zijn er veel.” Mijn hart staat even stil. Met moeite bedwing ik mijn eigen tranen. Hoe is het mogelijk dat jonge mensen soms zo verblind worden door zogenaamde onmogelijkheden? Het is zijn gevoel, zijn waarheid dat er zoveel is waarin hij faalt. Hij staat nooit op de voorgrond en geeft anderen altijd de ruimte die hij stiekem zelf ook wel eens wil innemen. Zijn inzet en motivatie zijn torenhoog maar slagen er niet in van hem een hoogvlieger te maken. Het hoogst haalbare is hem niet hoog genoeg. En dus zwemt hij in het eeuwige gevoel van net-niet-goed-genoeg-zijn.
Hoe open ik zijn ogen zodat hij de schoonheid in zijn eigen waarde ziet? Hem ongelijk geven zou zijn gevoel slechts bevestigen. Het gezellige geroezemoes van de klas sluit ik buiten, ik hurk neer naast het tafeltje en focus. Ergens hoor ik de bel en de klas komt in beweging. “Maar zie je, achter elke tekortkoming schuilt een kwaliteit, altijd. Zonder valkuilen geen kwaliteiten. Kom, laten we er samen even naar kijken.” Ik hoor de wanhoop in zijn stem wanneer hij vertelt over de valkuilen die hem op dit moment het meest frustreren.
Terwijl de volgende klas alweer aan de deur staat te wachten kijken we aan de hand van de kernkwadranten naar zijn overgevoeligheid en onzichtbaarheid. In een mum van tijd komen we uit bij ‘gevoelig / inlevend’ en ‘bescheiden’. “Maar mevrouw, wat heb ik daar nou aan?” Ik hoor en zie wanhoop. “Mensen als jij houden deze wereld leefbaar. Mensen als jij zijn nodig om de grote denkers en durfallen in toom te houden zodat ze niet over anderen heenlopen. Jouw kwaliteiten zijn nodig omdat je door je inlevingsvermogen anderen tot luisterend oor kan zijn. Jij kan anderen helpen om sterk te zijn en te blijven. Zonder jou zou deze wereld er een stukje harder en onpersoonlijker uitzien. Jij bent nodig om mensen menselijk te houden.”
Er breekt iets. In hem maar ook in mij. Maar ik moet professioneel blijven en dus zijn het alleen zijn tranen die vloeien. Langzaam dringt het rumoer van de onrustige groep leerlingen aan de deur tot ons door. Het moment vervliegt. We maken de afspraak dat hij me deze week nog een keer opzoekt om er op terug te komen. En terwijl een klas vol onstuimige brugpiepers binnenstormt ren ik snel even naar zijn volgende docent en fluister dat hij even tijd voor zichzelf nodig heeft en dus later komt.
Mijn volgende les begint in opperste chaos. Maar voor nu is dat ok.
The inner struggle was painfully hidden. But I could see it in the tense traits around his eyes and couldn’t resist the burning question. “I see it moves you?” Tears well when he whispers “But I can only see my shortcomings, and there are many.” My heart stops for a moment. I’m trying not to cry. How is it possible that young people sometimes are so blinded by so-called impossibilities? It is his feeling, his own truth that there’s so much in which he fails. He never asks for attention. always gives others the space and attention he secretly needs. His dedication and motivation are sky-high, but they fail to make him a egghead. The highest achievable isn’t high enough to him. And so he wallows in the eternal feeling of being just-not-good-enough.
How can I open his eyes so he sees the beauty of his own value? Telling him he is wrong would only confirm his feeling. I ignore the buzz of the class, squat down next to his table and focus. In a distance I hear the bell and the class starts to move. “Behind every shortcoming there is a quality, always. No qualities without pitfalls. Let’s take a look at it together.” I hear the desperation in his voice when he talks about the pitfalls that are most frustrating to him.
While the next group of students is already waiting at the door, we look at his hypersensitivity and invisibility. In no time we agree that ‘sensitive / empathic’ and ‘modest’ are the qualities behind hypersensitivity and invisibility. “But ma’am, what’s good about those qualities?” I hear and see desperation. “People like you keep this world liveable. People like you are needed to keep the big thinkers and daredevils in control so they do not hurt themselves or others. Your qualities are necessary because your empathy can be the encouragement others need. You can help others to be and stay strong. Without you, this world would be harder and more impersonal. You are needed to keep people human.”
Something breaks. In him but also in me. But I have to stay professional. The sound of a troubled group of students at the door returns to me. The moment we have evaporates. We agree he will visit me again this week to talk it over again. And as the next class rushes in, I quickly run to his next teacher and whisper that he needs some time for himself and will come in late.
My next lesson starts in utter chaos. But for now that’s ok.
Op social media ontploft momenteel het gristelijke bommetje over hoe occult Pokémon wel is. Volgens mij (onbedoeld?) aangezwengeld door een EO berichtje waarover half gristelijk Nederland valt. Door je in te laten met dit soort series en spelletjes zou je je inlaten met de duivel en je je op zijn speelterrein begeven. Sommige gristelijke sites doen er gretig een schepje bovenop en komen met ellenlange (zeer eenzijdige) verslagen waarom je het beste anti kan zijn. Ze vergeten echter bronvermelding of achtergrondstudie te vermelden, laat staan dat ze een eerlijk beeld van meerdere mogelijke bijbelse interpretaties weergeven…
zucht.
Tijdens m’n theologie-opleiding hadden we het op een bepaald moment over het ‘spookhuismodel’ en het ‘bunkermodel’; bij het ene model zie je overal demonen achter en is e.e.a. al vreselijk snel occult. Het andere model ziet nergens een probleem. Rara waar ik de huidige ‘bom’ onder schaar.
Ik kijk met een gerust hart naar Harry Potter, Twilight of Salem, sterker nog, ik geniet van die spanning en fantasie. Want dat is het voor mij; fantasie. En daarmee begeef ik me niet op gevaarlijk terrein, daar ben ik van overtuigd. Sterker nog, wanneer Paulus aangeeft dat offervlees gewoon door christenen gegeten kan worden, laat hij zich met occultere zaken in dan dat ik nu een pokémonspelletje zou spelen. Offervlees werd gebruik in diverse riten waarbij afgoden direct werden geëerd, opgeroepen en gediend. En hoewel pokémon in oorsprong, qua verhaallijn, geïnspireerd werd door Shintoïstische denkbeelden: noch de serie, noch het spel zijn feitelijke rites in een gevaarlijke occulte wereld. Maar ook Paulus zijn kanttekening mag hier gelden. Heb je het idee dat je zwak staat, door de spelletjes verleid wordt tot afgoderij, of ben je er bang voor: doe er dan niet aan mee. Maar verbiedt het een ander ook niet, en ga er vooral niet dramatisch over doen omdat zij wel iets ‘durven’ wat jij niet durft.
Nog een reden om dit soort dingen niet te snel als occult te bestempelen: Satan’s werkterrein is vooral daar waar je het niet verwacht. Hij werkt in op je geduld, op je gevoel voor tijd (of een gebrek eraan), hij werkt aan je afhankelijkheid van geld, waardering en eigenwaarde…. Je kan je zorgen maken om de ‘grootse’ dingen zoals het al dan niet occult bezig zijn, maar door je daarop te focussen verlies je misschien wel het werkelijke gevaar uit het oog: de kwetsbaarheid van onze kinderen die vaker op school en bij de opvang zijn dan gezellig bij pap en mam thuis, of de kwetsbaarheid van ons huwelijk waar we veel te weinig voor bidden of in investeren, de kwetsbaarheid van ons veel te grote ego en het groteske belang om onszelf te kunnen ontplooien …
Nee, ik maak me geen zorgen om occulte pokémons. Sterker nog: ik denk dat we er allemaal beter eentje kunnen zijn. Want hoeveel moeite doen jij en ik er nog voor om middenin de stad gezien te worden? Als christen wel te verstaan… Hoe belangrijk vinden wij het nog dat mensen ons zoeken én kunnen vinden EN daarbij weten dat we gezanten zijn van de Allerhoogste? Vergelijk eens hoeveel tijd je kwijt bent aan ‘kerkzaken’ … en hoeveel tijd je daadwerkelijk bezig bent om heel bewust een zoutend zout en lichtend licht te zijn? Ziet jouw omgeving je als de eeuwige veroordelende vingerwijzer of als iemand waar ze lol mee kunnen maken zowel als iemand die ze kan helpen bij problemen? Wees nou maar gewoon een Pokémon: iemand waar mensen graag mee omgaan, graag naar kijken, naar toe komen als ze hulp nodig hebben in plaats van dat ze je mijden, en iemand die laat zien hoe groot en machtig de God is die je dient. Zorg er wel ff voor dat je niet op een verkeersgevaarlijke plek staat 😉
(Noot: ik heb het hier niet over mogelijke gevaren die het Pokémonspelletje in het verkeer ed. kunnen veroorzaken , noch over de gepaste leeftijdsgrens van dit soort series en spelletjes!)
Het revalideren valt me tegen. 😓 tenminste, de snelheid ervan. Ik snap wel dat wanneer ze je buik opensnijden en zich een weg naar je wervels banen om daar het nodige weefsel te vervangen door wat schroeven en bouten, dat je dan niet 1,2,3 weer alles kan. Maar het is nu alweer 7 weken geleden…
Vooraf was me meegedeeld dat ik na 6 weken wel weer aan het werk kon. Ik mag nu nog niet eens indoor fietsen of korte stukjes autorijden 😕.
Gister vroeg ik de fysio nog of 2 à 3 uurtjes per week werken – verdeeld over 3 dagen, écht niet kon… Maar nee, ze is streng. Mn energie zou dan naar het werk gaan terwijl ik mn aandacht bij de revalidatie-oefeningen moet houden. Wat haar betrof mocht ik pas in december beginnen qua werk opbouwen. En in Januari start er een nieuwe reeks Pilateslessen: dat zou goed voor me zijn….
Vanmorgen dus met de nodige ijver mn oefeningen wezen afwerken. En eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat e.e.a. me best ‘zwaar’ valt. Waar ik eerder met alle gemak op de grond ging zitten om met mn neus mn gestrekte knieën aan te raken, doet datzelfde rechtop zitten me al pijn terwijl ik nog nieteens naar mijn knieën durf kijken. Op een stoel zitten en mijn knie strekken terwijl ik mn tenen richting m’n kin laat wijzen doet ook de nodige vlammen door m’n benen jagen. M’n zenuwen zijn door het maandenlange beknellen behoorlijk beschadigd en dat voel ik.
Positief: ik voel het! Of beter gezegd: ik voel weer! De operatie is geslaagd en mijn rug en zenuwen zijn aan het herstellen. De schreeuwende pijn in m’n rug is eindelijk weg – en ik kan niet duidelijk genoeg maken wat voor opluchting dat is! Maar m’n zenuwen zijn de opgelopen schade nog niet vergeten en laten me merken dat hun littekens schuren en trekken alsof het brandwonden zijn.
Gewoon lopen en zelfs traplopen gaat me goed af. Afgelopen weekend zelfs een rondje Staalduinse Bos gelopen. Maar de beweeglijkheid in bukken, buigen, rekken en strekken is minimaal.
Gister bedelde ik nog om bovenop de extra oefeningen ook te mogen leren fietsen. Maar de fysio hield voet bij stuk. Nee. Na een paar oefeningen vanmiddag voelt het alsof mijn benen in brand staan. Zelfs na even ontspannen op de bank en een warme douche blijven ze pijnlijk tintelen. Dit is normaal, het hoort bij het weer leren mobiliseren. Als de pijn langer dan een aantal uren aanhoudt moet ik de volgende reeks oefeningen halveren. Gelukkig is deze pijn van een heel ander kaliber dan de pijn die ik eerder in mijn rug had. Dit valt te ‘dragen’. De fysio heeft me zelfs moeten leren erkennen dat dit ook echt pijn doet… Zoveel pijn was ik voor de operatie gewend. Zelfs met een cocktail aan pijnstillers was het soms niet te harden. Zo brandde ik me begin deze zomer een keer aan de oven, maar voelde niets tot zoon 2 me erop wees dat ik bloedde. Ik had totaal niet gemerkt dat er een stukje vel was afgescheurd. Nu, Na ruim 1,5 jaar ben ik eindelijk pijnstillervrij! Happy! En ik wil niets liever dan dat mijn lijf weer leert normaal te functioneren. Ik wil weer kunnen fietsen, autorijden, fitnessen, roeien, enz.
Toch ben ik blij met een fysio die mijn grenzen beter kent dan ikzelf en me met gepaste strengheid behandelt… Ik wil zoveel en zo graag dat ik echt nog eens teveel doe… Maar ik gehoorzaam- voor zover dat kan😅
Maar woensdag toch nóg eens vragen of ik alweer mag autorijden, soms helpt zeuren 😜
Het is relatief gemakkelijk om van je familie te houden, van je vrienden, je aardige buren of van de mensen in de kerk. Aardig zijn en doen is in deze gevallen meer een standaard basisvaardigheid dan een ‘moeite’.
Maar wat als er mensen op je pad komen die jouw eten opeten, jouw baan innemen of hun geloof bij jou op de stoep uiten? Kan je dan nog net zo liefdevol handelen?
In de media gonst het van halve waarheden en hele leugens en het vluchtelingendebat kan niemand ontgaan. Appels en peren worden vergeleken wanneer de ouderenzorg het zogenaamd moet opnemen tegen de kosten van een paar van de honderdduizenden vluchtelingen. Of wanneer ‘onze’ jeugd al amper gehuisvest kan worden (alsof die uitgehongerd uit oorlogsgebied komen en blij zijn met tijdelijke onderkomens en een schamele lening om van te moeten leven).
Het doet me verdriet wanneer mensen zo egocentrisch kunnen meepraten met dergelijk populistische geluiden. Wat als de rollen nou eens waren omgedraaid? Dat wij als docenten, artsen, wetenschappers, bouwvakkers het ene moment nog onze auto staan de wassen en ons bedenken waarheen onze volgende vakantie naartoe gaat, en het volgende moment onze dochters verkracht worden, onze zonen onthoofd, onze huizen platgebombardeerd. Zou jij je kind in een boot zetten wanneer de woeste zee veiliger blijkt dan je eigen land? Hoe zou jij het vinden om overal geweigerd te worden, om te horen dat onder jou en je familie mogelijk terroristen schuilen, dat je een gevaar bent voor de arbeidsmarkt, het eten van de ouderen hun bord afpakt, …?
Naastenliefde tonen kan niet zonder risico’s nemen. Als iemand dat uit ervaring weet is het God wel. Wanneer Hij ons dan in de brief aan de Kolossenzen laat weten dat we onszelf moeten kleden in Liefde, weet Hij wat hij van ons vraagt. En Hij beseft hoe moeilijk het kan zijn om wijs, vriendelijk en beslist te reageren naar buitenstaanders. Toch geeft Hij ons die opdracht. Meer dan dat zelfs:
Want ik had honger en jullie gaven me te eten, ik had dorst en jullie gaven me te drinken, ik was vreemdeling en jullie namen me op (…) alles wat jullie gedaan hebben voor een van de onaanzienlijksten van mijn broeders of zusters, dat heb je voor Mij gedaan.
Je hoeft het als christen niet eens te zijn met de politiek, maar wees liefdevol in je praten over en in je handelen wanneer het over vluchtelingen gaat. Durf te groeien naar dat volgende level in naastenliefde en bewogenheid.
Zoonlief noemt haar intussen ’tante Jet’ op licht sarcastische toon welliswaar. Het is een vrijgevochten en behoorlijk eigenwijze moeder-met-kind met leenauto en een tochtige tent. Alles weet ze beter en iedereen voedt ze op. Praat veel, zegt weinig, luistert niet.
“Ik denk dat het tijd is om de kinderen alvast op bed te doen.” Zegt ze veelbetekenend. Niemand rond het kampvuur reageert echter en een uur later moet haar dochter als enige mopperend op bed.
Rond datzelfde kampvuur treffen diverse campinggasten elkaar avond aan avond, van vroeg tot laat. Er wordt gesnoept en geborreld, gelachen, gekeuveld en handen gewarmd. Uiteraard komt ook het wel en wee van elkaars kinderen een keer aan bod. “Zo, heeft iemand nog een normaal kind of hebben ze allemaal adhd of iets anders?” Iedereen valt stil. Ergernis welt op.
Ze werkt bij het ministerie en mag ‘geld’ uitdelen. Heeft in het hoger onderwijs gewerkt maar “Dat is niet normaal! Docenten zijn echt dom! Je werkt in het onderwijs veel meer dan waar je voor betaald krijgt! Het is gewoon onmogelijk om fulltime te werken! Over de ongemotiveerde stuudjes maar te zwijgen.” … Docenten zijn dom… Ik bijt intussen op mn tong.
Een andere avond zitten we ons weer te warmen wanneer een wat ouder, Duits-Nederlands camperstel erbij komt. Ze geven een zakje snoepjes door met het verhaal hoe lekker ze deze snoepjes vinden en dat het hun dagelijks toetje is. De zak mag leeg van ze want ze hebben er nog één. Iedereen graait en smult en de zak gaat nog een keertje rond. Tot hij bij Jet komt. “Nu is het wel even genoeg met al dat gesnoep.” En pontificaal zet ze de zak aan de kant. Niemand durft te reageren. Verbaasde ogen kijken elkaar stiekem aan. Ik kan het niet laten, eet dat snoep niet eens maar nog geen twee tellen later vraag ik heel zoet aan Patrick (die zit naast haar) “Geef je de zak nog even door?”
Hetzelfde bemoeierige gedoe doet ze daarna nog een keer bij het jochie wat in het familiehuis logeert: het ondeugend glimlachende bekkie van het driejarige knulletje plakt van de gesmolten marshmellow en de oogjes stralen van genot. Maar hop de zak snoepgoed wordt voor zijn neus weggegritst met de mededeling “Jij hebt wel even genoeg gehad.”
Gloeiende…
Wanneer ik met een stel vlotvaarders aan de praat kom en we onze ervaringen uitwisselen zit ze menigmaal te zuchten “Ik kan het dus beter niet met m’n dochtertje gaan doen?” Euh, nee, er zijn toch echt minstens 2 sterke volwassenen voor nodig en het is niks voor basisschoolkids.” Nou, dat was stom en vervolgens liet ze ons dat bij elke zin weten. “Het klinkt steeds minder aantrekkelijk zo een tocht.” Zucht.
De eerste paar avonden maakte Jur en onze jongens steevast het kampvuur aan en bracht ik de marshmellows en andere lekkernijen mee. Maakt me niet uit wie of hoeveel men snoept: iedereen kreeg tot de zak leeg was. Een jongedame (onze heertjes noemen haar Piet) trakteerde vervolgens op dat smeuïg spul vanwege haar 15de verjaardag en daarna was ik weer de supermarkt: de op één na laatste zak, maar de winkel is dichtbij dus snoep, worst en ander lekkers is snel gehaald. Ik deel wel uit. (Al waardeer ik wel t principe van geven en nemen.)
Eindelijk nam tante Jet ook wat mee. Net als alle andere avonden gaat ook deze keer de snoepzak leeg. De avond erna spenderen wij merendeel bij onze ‘buurtjes’ wiens 15jarige puber mij intussen ‘backup mama’ noemt. We zijn lekker aan de borrel en de tetter terwijl onze druktemakers de rivier pogen leeg te vissen. Tante Jet gluurt intussen menigmaal onze kant op terwijl ze diverse pogingen tot een vuur onderneemt. Maar ons zin in vuurtje stoken neemt lichtelijk af door haar aanwezigheid, dus maken wij geen aanstalten die kant op. Dochterlief wordt uiteindelijk onze kant opgestuurd “M’n moeder zegt dat jij marshmellows voor ons hebt.” Even sta ik stomverbaasd – wat een lef. Omdat ik me niet wil laten kennen geef ik ze mijn laatste zak, maar niet zonder te benoemen dat ik deze toch echt zelf gekocht heb en hun zak gister op was. … Verbijsterd over de brutaliteit neem ik weer plaats bij de buurtjes wanneer het dametje opnieuw onze kant wordt opgestuurd. “We hebben jullie hakbijl nodig.” Een dikke rookpluim waait richting Jets tent maar vlammen wil het niet echt. Maar ze bekijkt het maar “Sorry, die bijl is van onze zoon en die is er niet, dus lenen we hem niet uit.”
Daags erna, tijdens de afwas, komt Jetjes dochter zuchtend de keuken in, mams heeft haar er duidelijk weer opuit gestuurd. “Mama is zo bekaf, ze is veel te moe om vuur te maken. Ze hoopt zo dat Patrick (campingeigenaar) het kampvuur aanmaakt…” De hint druipt ervan af maar mn mannen trappen er niet in. Even later zien we Jet alle campinggasten voor het kampvuur uit te nodigen in de hoop dat iemand de fik erin steekt, ons passeert ze natuurlijk. Eén van de ruige outdoor Belgen offert zich uiteindelijk op, probeert het met wat tondel maar is opgelucht wanneer Jur hem goedschiks een fles brandstof aangeeft. Wanneer de vlammen eindelijk gulzig aan het hout likken laat hij tantje Jet met een dikke kinderschare zitten. Er zijn geen marshmellows. Manlief en ik kijken elkaar even veelbetekenend aan en starten met een spelletje triominos. Wij wachten wel tot ze iedereen naar bed heeft gestuurd. 😜
Het is zo easy om dankbaar te zijn wanneer je ontvangt wat je hebben wilt. Maar kan je God ook vertrouwen én danken wanneer de boel in het honderd loopt? Of wanneer je gebeden niet verhoord worden?
Sinds december is zoon 1 bezig geweest met zijn toelating voor de opleiding mechatronica bij de marine. Informatiedagen, sporttesten, gesprekken … Overal rolde hij doorheen en zijn enthousiasme voor wat de toekomst bood groeide.
Wat een teleurstelling was het dan ook toen middenin examentijd bleek dat er een foutje was gemaakt en de weinige plekken reeds vergeven waren. Zoonlief moest een andere opleiding kiezen maar mocht eventueel wel op de wachtlijst.
En wat doe je dan? De keuze viel zwaar maar we ‘gokten’ op een afvaller – hoopten en verwachtten dat God wel in een uitkomst zou voorzien.
Niet zo netjes maar stiekem hoopten we dat iemand niet zou slagen of eea niet zou aankunnen zodat onze kleine grote man toch de opleiding van zijn voorkeur kon doen. En al benoemde ik dit wel -met enig schuldgevoel- naar God, ik kon er niet om bidden, immers dat zou een teleurstelling voor de ander zijn. Dus maar loslaten en het van Hem verwachten, intussen het beste makend van de situatie.
Het was mijn moeder die me afgelopen weer erop attendeerde dat ik ook anders kon bidden. Zij bad dat iemand heel bewust zou kiezen voor een andere opleiding of dat God in ieder geval iemand op een andere weg zou leiden. … Mooi hè (ik weet het, mijn moeder is een geweldig mens maar meer dan dat een fantastische bidder in geloof!)
Door op deze wijze te bidden kreeg ik zelf meer rust in wat zou komen, en al zou er nooite een plekje vrijkomen, God zou zoonlief wel op de juiste plek zetten.
En dan komt vandaag het bericht dat er een plekje is vrijgekomen en hij gewoon de opleiding van zijn keuze kan doen. … Hoe mooi is dat?